Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten

Leer de basis van negatie in het Nederlands met duidelijk uitleg over het gebruik van 'niet' en 'geen'. Ontdek wanneer en hoe je deze woorden gebruikt om correct te ontkennen bij zelfstandige naamwoorden, werkwoorden en bijvoeglijke naamwoorden. Met praktische voorbeelden en uitleg over de positie van 'niet' in zinnen met infinitieven.
  1. 'Niet' staat meestal achter het werkwoord of voor het woord dat ontkend wordt.
  2. Bij een zin met infinitief wordt 'niet' meestal achter de infinitief geplaatst, behalve wanneer er nog een vervoegd werkwoord in de hoofdzin staat.
TypePositief (Positief)Negatief (Negatief)
Zelfstandig naamwoord zonder lidwoord (Zelfstandig naamwoord zonder lidwoord)Ik heb geld.Ik heb geen geld.
Werkwoord (Werkwoord)

Wij gaan zwemmen.

Wij werken.

Wij gaan niet zwemmen.

Wij werken niet.

Infinitief

Wij werken.

Ik kan zwemmen.

Wij werken niet.

Ik kan niet zwemmen.

Bijvoeglijk naamwoord (Bijvoeglijk naamwoord)Hij is vriendelijk.Hij is niet vriendelijk.

Oefening 1: Negatie

Instructie: Vul het juiste woord in.

Toon vertaling Toon antwoorden

geen, niet

1.
Mijn zus is ... zo open over haar gevoelens.
(Mijn zus is niet zo open over haar gevoelens.)
2.
Het is ... slimme jongen.
(Het is geen slimme jongen.)
3.
We hebben elkaar gisteren ... ontmoet.
(We hebben elkaar gisteren niet ontmoet.)
4.
Hij lijkt onvriendelijk, want hij toont ... interesse.
(Hij lijkt onvriendelijk, want hij toont geen interesse.)
5.
Het is ... eerlijk.
(Het is niet eerlijk.)
6.
De jongen is ... zo gesloten als zijn vader.
(De jongen is niet zo gesloten als zijn vader.)

Oefening 2: Meerkeuze

Instructie: Kies de juiste oplossing

1. Ik vind hem ______ vriendelijk.


2. Zij heeft ______ geduld.


3. Wij spreken ______ hard.


4. Hij is ______ spontaan.


5. Ik heb ______ overzicht.


6. Jij kunt ______ goed luisteren.


Negatie in het Nederlands begrijpen

Deze les behandelt de basis van negatie in het Nederlands, een essentieel onderdeel voor het vormen van correcte negatieve zinnen. Je leert wanneer en hoe je niet en geen gebruikt om ontkenningen te maken. Dit is belangrijk om jezelf duidelijk uit te drukken en om juiste Nederlandse zinnen te vormen.

Gebruik van geen

Geen gebruik je bij zelfstandige naamwoorden zonder lidwoord, bijvoorbeeld bij Ik heb geen geld. Het geeft aan dat iets helemaal niet aanwezig is.

Gebruik van niet

Niet wordt gebruikt om werkwoorden, bijvoeglijke naamwoorden en hele zinsdelen te ontkennen. Het staat meestal achter het werkwoord of voor het woord dat ontkend wordt, zoals in Wij gaan niet zwemmen of Hij is niet vriendelijk.

Speciale situaties met infinitieven

Bij zinnen met een infinitief komt niet meestal achter de infinitief, zoals Ik kan niet zwemmen. Wanneer er een vervoegd werkwoord in de hoofdzin staat, kan de positie variëren.

Belangrijkste punten

  • Gebruik geen bij zelfstandige naamwoorden zonder lidwoord.
  • Gebruik niet bij werkwoorden, bijvoeglijke naamwoorden en zinsdelen.
  • Let op de positie van niet bij infinitieven.

Vergelijking met andere talen

In het Nederlands gebruik je twee verschillende woorden om te ontkennen, terwijl in sommige talen één enkel woord volstaat. Bijvoorbeeld, in het Engels is "not" meestal het enige negatief woord nodig, maar in het Nederlands maak je het onderscheid tussen geen en niet. Een handige tip: denk bij ontbrekende zelfstandige naamwoorden aan "geen" en bij werkwoordelijke ontkenningen aan "niet".

Voorbeelden van handige woorden en zinnen om te onthouden:
Ik heb geen tijd.
Hij werkt niet vandaag.
Dat is niet waar.

Geschreven door

Deze inhoud is ontworpen en beoordeeld door het coLanguage pedagogisch team. Over coLanguage

Profile Picture

Kato De Paepe

Zakendoen en talen

KdG University of Applied Sciences and Arts Antwerp

University_Logo

Laatst bijgewerkt:

donderdag, 29/05/2025 16:34