Pautas docentes +/- 15 minutos

Audio y vídeo

Conversación

1. Alex: Wat eten we vandaag? (¿Qué comemos hoy?) Mostrar
2. Mevrouw Jansen.: We eten stamppot met wortel, aardappel en ui. Een typisch Nederlands gerecht. (Comemos puré con zanahoria, patata y cebolla. Un plato típico neerlandés.) Mostrar
3. Alex: Leuk! Ik eet graag aardappels en wortels, maar ik houd niet zo van ui... (¡Qué bien! Me gusta comer patatas y zanahorias, pero no me gustan mucho las cebollas...) Mostrar
4. Mevrouw Jansen.: Dat is oké. Je kan een beetje ui nemen, of je laat het weg. (Está bien. Puedes tomar un poco de cebolla, o dejarla fuera.) Mostrar
5. Alex: En is het vegetarisch? Ik eet geen vlees. (¿Y es vegetariano? No como carne.) Mostrar
6. Mevrouw Jansen.: Ik heb de worst weg gelaten omdat jij vegetariër bent. (He dejado fuera la salchicha porque eres vegetariano.) Mostrar
7. Alex: Prima! Drinken we melk bij het eten? (¡Genial! ¿Bebemos leche con la comida?) Mostrar
8. Mevrouw Jansen.: Nee, we drinken thee want het is koud buiten. (No, bebemos té porque hace frío fuera.) Mostrar
9. Alex: Goed idee. En hebben we ook een toetje? (Buena idea. ¿Y tenemos también postre?) Mostrar
10. Mevrouw Jansen.: Ja, we eten een appel of een sinaasappel na het avondeten. (Sí, comemos una manzana o una naranja después de la cena.) Mostrar
11. Alex: Heerlijk! Ik eet graag fruit. En ik drink daarna een kopje koffie. (¡Delicioso! Me gusta comer fruta. Y después tomo una taza de café.) Mostrar

Ejercicio 1: Preguntas de debate

Instrucción: Debatir las preguntas después de escuchar el audio o leer el texto.

  1. Wat zit er in de stamppot van mevrouw Jansen?
  2. ¿Qué hay en el puré de la señora Jansen?
  3. Wat drinkt Alex na het avondeten?
  4. ¿Qué bebe Alex después de la cena?