Descubre el Jardín Botánico de la Universidad de Valencia, una oasis en el centro de la ciudad.
Ontdek de Botanische Tuin van de Universiteit van Valencia, een oase in het centrum van de stad.

Oefening 1: Luistervaardigheid

Instructie: Bekijk de video en herken de woordenschat. Beantwoord vervolgens de onderstaande vragen.

Woord Vertaling
El jardín botánico De botanische tuin
Un espacio natural Een natuurlijke omgeving
La naturaleza De natuur
Las plantas De planten
El huerto De moestuin
Cuatro mil plantas diferentes Vierduizend verschillende plantensoorten
El Jardín Botánico de la Universidad de Valencia es un espacio de ciencia, cultura y naturaleza. (De Botanische Tuin van de Universiteit van Valencia is een plek voor wetenschap, cultuur en natuur.)
Es un sitio para conocer plantas y pasar un buen rato en el centro de la ciudad. (Het is een plek om planten te leren kennen en om een fijne tijd door te brengen in het stadscentrum.)
El jardín está en un lugar que fue un huerto antiguo, llamado huerto de Tramoyeres, desde el año 1802. (De tuin ligt op de plaats van een oude moestuin, de Huerto de Tramoyeres, sinds 1802.)
En 2006, el jardín fue declarado Bien de Interés Cultural. (In 2006 is de tuin aangewezen als Cultureel Erfgoed.)
Tiene 45.000 metros cuadrados y más de 4.000 tipos de plantas diferentes. (Hij beslaat 45.000 vierkante meter en heeft meer dan 4.000 verschillende plantensoorten.)
Las plantas están divididas en grupos para aprender sobre ellas científicamente. (De planten zijn in groepen ingedeeld om ze wetenschappelijk te bestuderen.)
El jardín tiene un herbario y una biblioteca. (De tuin heeft een herbarium en een bibliotheek.)
También se hacen actividades para enseñar, para la cultura y para que la gente conozca más. (Er worden ook activiteiten georganiseerd voor onderwijs, cultuur en om mensen meer te laten kennismaken met de tuin.)

Oefening 2: Dialoog

Instructie: Lees de dialoog en beantwoord de vragen.

Carlos y Ana son dos floristas visitando el Jardín Botánico en Valencia.

Carlos en Ana zijn twee bloemisten die de Botanische Tuin in Valencia bezoeken.
1. Carlos: Este jardín botánico tiene muchas plantas, ¿verdad? (Deze botanische tuin heeft veel planten, toch?)
2. Ana: Sí, hay más de 4.000 tipos diferentes aquí. (Ja, er zijn hier meer dan 4.000 verschillende soorten.)
3. Carlos: Me gusta cómo están organizadas. Así es muy fácil estudiarlas. (Ik vind het fijn hoe ze zijn georganiseerd, zodat je ze goed kunt bestuderen.)
4. Ana: Además, tiene mucha historia: desde 1802. (Daarnaast heeft het een rijke geschiedenis: sinds 1802.)
5. Carlos: En la guía está escrito que en 2006 lo declararon Bien de Interés Cultural. (In de gids staat dat het in 2006 tot Beschermd Erfgoed werd verklaard.)
6. Ana: No lo sabía. Guarda la guía, es buena para nuestras investigaciones. (Dat wist ik niet. Dat geeft het een zeer belangrijke waarde, zowel wetenschappelijk als cultureel.)
7. Carlos: También tienen un herbario y una biblioteca. (Bewaar de gids, die is nuttig voor ons onderzoek.)
8. Ana: Claro, allí hay información sobre el cuidado y la clasificación de las plantas. (Ze hebben ook een herbarium en een bibliotheek.)
9. Carlos: Además, ofrecen talleres prácticos para aprender técnicas nuevas de cultivo. (Natuurlijk, daar vind je gedetailleerde informatie over de verzorging en de classificatie van planten.)
10. Ana: ¡Vamos a apuntarnos al próximo taller! (Daarnaast bieden ze praktische workshops aan om nieuwe teelttechnieken te leren.)

Oefening 3: Vragen over de tekst

Instructie: Lees de bovenstaande tekst en kies het juiste antwoord.

1. ¿Cuántas especies diferentes de plantas hay en el jardín botánico según Ana?

(Hoeveel verschillende plantensoorten zijn er volgens Ana in de botanische tuin?)

2. ¿Qué reconocimiento recibió el jardín en 2006?

(Welke erkenning kreeg de tuin in 2006?)

3. ¿Qué actividades ofrece el jardín para aprender sobre las plantas?

(Welke activiteiten biedt de tuin aan om meer over planten te leren?)

4. Además de las plantas, ¿qué recursos menciona Ana que tiene el jardín?

(Naast planten, welke faciliteiten noemt Ana die de tuin heeft?)

Oefening 4: Openingsvragen voor gesprekken

Instructie: Beantwoord de vragen en corrigeer ze met je leraar.

  1. ¿Conoce algún jardín botánico en España o en su país? ¿Qué le gusta de ese lugar?
  2. Kent u een botanische tuin in Spanje of in uw eigen land? Wat vindt u leuk aan die plek?
  3. ¿Ha participado alguna vez en un taller o curso sobre plantas o jardinería? ¿Qué aprendió?
  4. Heeft u ooit deelgenomen aan een workshop of cursus over planten of tuinieren? Wat heeft u ervan geleerd?
  5. ¿Le interesa tener plantas en casa o en la oficina? ¿Qué tipo de plantas prefiere y por qué?
  6. Bent u geïnteresseerd in het hebben van planten thuis of op kantoor? Wat voor soort planten heeft uw voorkeur en waarom?
  7. ¿Cree que los espacios verdes como los jardines botánicos son importantes en las ciudades? ¿Por qué?
  8. Denkt u dat groene ruimtes zoals botanische tuinen belangrijk zijn in steden? Waarom?

Oefening 5: Oefening in context

Instructie: Elige un jardín botánico y describe lo que ves.

  1. https://www.spain.info/es/top/algunos-jardines-botanicos-impresionantes-espana/