Leer het verschil tussen de Spaanse werkwoorden "ser" en "estar". Deze pagina legt uit wanneer je welke gebruikt, met voorbeelden van permanente kenmerken, identiteit en beroep versus tijdelijke toestanden, emoties en locaties. Perfect voor beginners A1-niveau die praktisch Spaans willen leren spreken en begrijpen.
- "Ser" wordt gebruikt voor permanente kenmerken, identiteit, afkomst en beroep.
- "Estar" wordt gebruikt voor tijdelijke toestanden, emoties, locatie en om over het weer te spreken.
Verbo (Werkwoord) | Uso (Gebruik) | Ejemplo (Voorbeeld) |
---|---|---|
Ser | Características permanentes (Permanente kenmerken) | La mesa es ancha. (De tafel is breed.) |
Identidad (Identiteit) | Juan es abogado. (Juan is advocaat.) | |
Origen/Nacionalidad (Oorsprong/Nationaliteit) | Tú eres española. (Jij bent Spaans.) | |
Descripciones generales (Algemene beschrijvingen) | El cielo es oscuro. (De hemel is donker.) | |
Estar | Estado o condición temporal (Tijdelijke toestand of conditie) | Ella está cansada. (Zij is moe.) |
Ubicación (Locatie) | El libro está sobre la mesa. (Het boek ligt op de tafel.) | |
Emociones (Emoties) | María está feliz hoy. (María is vandaag blij.) | |
Condiciones temporales (Tijdelijke voorwaarden) | El camino está mojado. (De weg is nat.) |
Oefening 1: Diferencia entre Ser vs Estar
Instructie: Vul het juiste woord in.
eres, soy, están, estoy, estáis, es, sois, estamos
Oefening 2: Meerkeuze
Instructie: Kies de juiste oplossing
1. Hoy ___ contento porque hace buen tiempo.
(Ik ___ vandaag blij omdat het mooi weer is.)2. Mi amigo ___ nervioso antes del examen.
(Mijn vriend ___ nerveus voor het examen.)3. La película ___ aburrida, no me gusta.
(De film ___ saai, ik vind het niet leuk.)4. Nosotros ___ cansados después de trabajar.
(Wij ___ moe na het werken.)5. Ella se ___ sorprendida por la noticia.
(Zij ___ zich verrast door het nieuws.)6. El cielo ___ triste por la lluvia de hoy.
(De lucht ___ verdrietig door de regen van vandaag.)