¿Conoces la rueda de las emociones? Es un método para identificar las emociones básicas y las emociones más complejas.
Ken je het emotiewiel? Het is een methode om de basisemoties en complexere emoties te identificeren.

Oefening 1: Woordbingo

Instructie: 1. Luister minimaal twee keer naar de video en geef de woorden aan die je hoort. 2. Gebruik de woorden om een gesprek te vormen met je docent (schrijf je gesprek op). 3. Memoriseer de woorden met de woordentrainer.

Woord Vertaling
emociones emoties
tristes verdrietig
alegres blij
tristeza verdriet
enojo woede
emoción emotie
sintiendo voelen

Oefening 2: Dialoog

Instructie: 1. Lees de dialoog in tweetallen. 2. Memoriseer de zinnen door de vertaling af te dekken. 3. Dek de regels van één spreker af, geef alternatieve antwoorden met je leraar en schrijf ze op.

Dos colegas hablan de cómo se sienten después de un día largo.

Twee collega’s praten over hoe ze zich voelen na een lange dag.
1. Lucas: ¡Qué día tan largo! ¿Cómo te sientes? (Wat een lange dag! Hoe voel je je?)
2. Sofía: Hoy estoy un poco nerviosa, tenemos mucha presión con el proyecto. (Vandaag ben ik een beetje nerveus, we hebben veel druk met het project.)
3. Lucas: Yo también estoy un poco preocupado porque la fecha está cerca. (Ik ben ook een beetje bezorgd omdat de datum dichtbij is.)
4. Sofía: Sí, a veces me siento triste porque el jefe no valora nuestro trabajo. (Ja, soms voel ik me verdrietig omdat de baas ons werk niet waardeert.)
5. Lucas: A mí también me enfada un poco. (Ik word ook een beetje boos.)
6. Sofía: Es verdad. Después del trabajo me cuesta relajarme. ¿Y a ti? (Dat klopt. Na het werk vind ik het moeilijk om te ontspannen. En jij?)
7. Lucas: Yo tampoco, estoy cansado. (Ik ook niet, ik ben moe.)
8. Sofía: Por lo menos estamos juntos y es un poco más fácil. (In ieder geval zijn we samen en is het een beetje makkelijker.)
9. Lucas: ¿Vamos a descansar un rato en la cafetería? (Zullen we even uitrusten in het café?)
10. Sofía: ¡Buena idea! Después del café, me sentiré mejor. (Goed idee! Na de koffie zal ik me beter voelen.)

Oefening 3: Vragen over de tekst

Instructie: Lees de bovenstaande tekst en kies het juiste antwoord.

1. ¿Cómo se siente Sofía al principio del diálogo?

(Hoe voelt Sofía zich aan het begin van de dialoog?)

2. ¿Por qué está preocupado Lucas?

(Waarom maakt Lucas zich zorgen?)

3. ¿Qué siente Sofía respecto al jefe y al trabajo?

(Wat voelt Sofía over de baas en het werk?)

4. ¿Qué plan tienen Sofía y Lucas para descansar?

(Wat is het plan van Sofía en Lucas om uit te rusten?)

Oefening 4: Openingsvragen voor gesprekken

Instructie: Bespreek de volgende vragen met je leraar met behulp van de woordenschat uit deze les, en schrijf je antwoorden op.

  1. ¿Qué emociones siente Lucas durante el día y por qué?
  2. Welke emoties voelt Lucas gedurende de dag en waarom?
  3. ¿Cómo crees que el trabajo y el jefe afectan los sentimientos de Sofía?
  4. Hoe denk je dat het werk en de baas de gevoelens van Sofía beïnvloeden?
  5. ¿Qué actividades te ayudan a sentirte mejor cuando estás nervioso o cansado?
  6. Welke activiteiten helpen je om je beter te voelen wanneer je nerveus of moe bent?
  7. ¿Prefieres hablar de tus emociones con alguien o estar solo cuando te sientes triste? ¿Por qué?
  8. Heb je liever dat je over je emoties praat met iemand of alleen bent als je je verdrietig voelt? Waarom?

Oefening 5: Oefening in context

Instructie: Utiliza la rueda de las emociones para describir cómo te sientes hoy.

  1. https://www.psicologosmadrid-ipsia.com/la-rueda-de-las-emociones/