10K+ Studenten - 4.8/5
Lerne mit einem Lehrer Lernmaterialien inbegriffen Konversation üben
Deze video laat zien wat je het beste doet als je kat in huis plast.
Dieses Video zeigt, was man am besten tut, wenn die Katze im Haus pinkelt.

Übung 1: Hörverstehen

Anleitung: Sieh dir das Video an und erkenne den Wortschatz. Beantworte dann die Fragen unten.

Wort Übersetzung
de kat die Katze
de kattenbak das Katzenklo
de buurtkat die Streunerkatze
het kattenluik met chip die Katzenklappe mit Chip
in huis plassen im Haus pinkeln
Soms poept of plast een huisdier in huis. (Manchmal macht ein Haustier im Haus sein Geschäft.)
Wat moet je doen als de kat naast de kattenbak plast? (Was solltest du tun, wenn die Katze neben das Katzenklo uriniert?)
Misschien is de kat ziek, dat komt vaak voor. (Vielleicht ist die Katze krank, das kommt häufig vor.)
Er is 50% kans dat het een medisch probleem is. (Es besteht eine 50%ige Chance, dass es ein medizinisches Problem ist.)
Ga snel naar de dierenarts als je dit ziet. (Geh schnell zum Tierarzt, wenn du das beobachtest.)
De dierenarts doet een plas-test om te kijken of de kat ziek is. (Der Tierarzt macht einen Urintest, um zu prüfen, ob die Katze krank ist.)
Als je kat niet ziek is, is hij misschien gestrest. (Wenn deine Katze nicht krank ist, ist sie vielleicht gestresst.)
Stress komt door een nieuwe bank, een andere kat of een verandering in huis. (Stress kann durch ein neues Sofa, eine andere Katze oder eine Veränderung im Haushalt entstehen.)
Je kunt helpen met een feromonen-verdamper en genoeg kattenbakken. (Du kannst mit einem Pheromon-Diffusor und ausreichend Katzenklos helfen.)
Plak het raam af of gebruik een kattenluik met chip. (Sperre das Fenster ab oder verwende eine Katzenklappe mit Chip.)
Na een week is de kat vaak rustiger, maar als hij nog plast in huis, bel dan een kattengedragstherapeut. (Nach einer Woche ist die Katze oft ruhiger; wenn sie aber weiterhin im Haus uriniert, ruf dann einen Katzentherapeuten für Verhaltensprobleme an.)

Übung 2: Dialog

Anleitung: Lesen Sie den Dialog und beantworten Sie die Fragen.

Lisanne gaat naar de dierenarts met bezorgdheden over haar kat.

Lisanne geht mit Sorgen um ihre Katze zum Tierarzt.
1. De huisarts: Hallo, ik maak me zorgen. Mijn kat plast in huis. (Hallo, ich mache mir Sorgen. Meine Katze pinkelt im Haus.)
2. Lisanne: Heeft je kat een schone kattenbak? (Hat deine Katze eine saubere Katzentoilette?)
3. De huisarts: Ja, haar kattenbak is altijd schoon. Maar ze plast nu vaker in huis. (Ja, ihre Katzentoilette ist immer sauber. Aber sie pinkelt jetzt öfter im Haus.)
4. Lisanne: Dat is niet fijn. Is er iets veranderd in de buurt? (Das ist nicht schön. Hat sich in der Nachbarschaft etwas verändert?)
5. De huisarts: Ja, de buurkat komt vaak door het kattenluik met chip. (Ja, die Nachbarskatze kommt oft durch die Katzenklappe mit Chip.)
6. Lisanne: Dat kan de reden zijn. Katten zijn soms jaloers op andere katten. (Das kann der Grund sein. Katzen sind manchmal eifersüchtig auf andere Katzen.)
7. De huisarts: Dus mijn kat plast in huis omdat hij zich bedreigd voelt? (Also pinkelt meine Katze im Haus, weil sie sich bedroht fühlt?)
8. Lisanne: Ja, dat kan. Katten doen dat als ze stress hebben. (Ja, das kann sein. Katzen machen das, wenn sie gestresst sind.)
9. De huisarts: Wat kan ik doen om dit te stoppen? (Was kann ich tun, um das zu stoppen?)
10. Lisanne: Probeer het kattenluik dicht te houden en gebruik een feromonenverdamper. (Versuche, die Katzenklappe geschlossen zu halten und benutze einen Pheromondiffusor.)
11. De huisarts: Dat is een goed idee. Ik ga dat doen. Bedankt voor de hulp! (Das ist eine gute Idee. Ich werde das machen. Danke für die Hilfe!)

Übung 3: Fragen zum Text

Anleitung: Lies den obigen Text und wähle die richtige Antwort aus.

1. Waarom plast de kat van de huisarts soms in huis?

(Warum uriniert die Katze des Hausarztes manchmal im Haus?)

2. Wat raadt Lisanne aan om het probleem met de kat op te lossen?

(Was empfiehlt Lisanne, um das Problem mit der Katze zu lösen?)

3. Wat betekent het als een kat in huis plast volgens de tekst?

(Was bedeutet es laut dem Text, wenn eine Katze im Haus uriniert?)

4. Wat is volgens het gesprek belangrijk voor de kat?

(Was ist laut dem Gespräch für die Katze wichtig?)

Übung 4: Offene Gesprächsfragen

Anleitung: Beantworte die Fragen und korrigiere sie mit deinem Lehrer.

  1. Heb je huisdieren? Vertel kort hoe jij voor je huisdier zorgt.
    2. Hast du Haustiere? Erzähle kurz, wie du dich um dein Haustier kümmerst.
  2. Wat zou je doen als je kat ineens in huis gaat plassen?
    3. Was würdest du tun, wenn deine Katze plötzlich im Haus uriniert?
  3. Ken je iemand in Nederland met een huisdier? Hoe lossen zij problemen met hun huisdier op?
    4. Kennst du jemanden in den Niederlanden, der ein Haustier hat? Wie lösen sie Probleme mit ihrem Haustier?
  4. Wat vind jij belangrijk om te weten voordat je een huisdier neemt?
    5. Was findest du wichtig zu wissen, bevor du dir ein Haustier anschaffst?