10K+ Studenten - 4.8/5
Lerne mit einem Lehrer Lernmaterialien inbegriffen Konversation üben
Nederland organiseert jaarlijks ruim 1.200 festivals, die samen meer dan 26 miljoen bezoekers trekken — dat zijn meer festivalbezoeken dan inwoners in een land van 17 miljoen mensen. Zie in het filmpje de Grootste Festivals opgesomd.
Die Niederlande veranstalten jährlich über 1.200 Festivals, die zusammen mehr als 26 Millionen Besucher anziehen – das sind mehr Festivalbesuche als Einwohner in einem Land mit 17 Millionen Menschen. Sieh dir im Video die größten Festivals an.

Übung 1: Hörverstehen

Anleitung: Sieh dir das Video an und erkenne den Wortschatz. Beantworte dann die Fragen unten.

Wort Übersetzung
De bezoeker Der Besucher
Het genre Das Genre
Overdekte festivals Überdachte Festivals
De artiest Der Künstler
Het concert Das Konzert
Het popfestival Das Popfestival
Het driedaagse festival Das dreitägige Festival
Ik koop dit jaar mijn tickets online voor het festivalseizoen. (Ich kaufe dieses Jahr meine Tickets online für die Festivalsaison.)
Leuk! Naar welk popfestival ga jij dit jaar? (Super! Zu welchem Popfestival gehst du dieses Jahr?)
Ik ga naar Paaspop, een groot muziekfestival met pop- en rockmuziek. Ga jij ook? (Ich fahre zu Paaspop, einem großen Musikfestival mit Pop- und Rockmusik. Kommst du auch?)
Mijn vrienden en ik gaan ook naar Concert at Sea, dat aan zee in Zeeland is. (Meine Freunde und ich fahren auch zu Concert at Sea, das an der Küste in Zeeland stattfindet.)
Wat leuk! Daar treden vaak bekende Nederlandse popartiesten op. (Wie schön! Dort treten oft bekannte niederländische Popkünstler auf.)
We gaan ook naar Mysteryland, een festival met veel elektronische muziek. (Wir gehen auch zu Mysteryland, einem Festival mit viel elektronischer elektronischer Musik.)
Volgend jaar wil ik graag naar Pinkpop en Zwarte Cross, om mijn favoriete groepen te zien. (Nächstes Jahr möchte ich gerne zu Pinkpop und Zwarte Cross, um meine Lieblingsbands zu sehen.)
Wat is jouw favoriete groep en muziekstijl? (Was ist deine Lieblingsband und welchen Musikstil magst du?)
Die heb ik niet; ik luister naar alles, zelfs jazz en klassiek. (Darauf habe ich keine Antwort; ich höre alles, sogar Jazz und Klassik.)
Ik heb kaartjes gekocht voor een klassiek concert in juni in het Concertgebouw. Ga je mee? (Ich habe Karten für ein klassisches Konzert im Juni im Concertgebouw gekauft. Kommst du mit?)
Graag! Naar een concert gaan met goede muzikanten vind ik het leukste wat er is! (Gern! Zu einem Konzert mit guten Musikern zu gehen, finde ich am schönsten!)

Übung 2: Dialog

Anleitung: Lesen Sie den Dialog und beantworten Sie die Fragen.

Twee vrienden leren de belangrijkste festivals in Nederland.

Zwei Freunde lernen die wichtigsten Feste in den Niederlanden kennen.
1. Tom: Ik koop dit jaar mijn tickets online voor het festivalseizoen. (Ich kaufe dieses Jahr meine Tickets online für die Festivalsaison.)
2. Lisa: Leuk, naar welk popfestival ga jij dit jaar? (Schön, zu welchem Popfestival gehst du dieses Jahr?)
3. Tom: Ik ga naar Paaspop, een groot muziekfestival met pop- en rockmuziek. Ga jij ook? (Ich gehe zu Paaspop, einem großen Musikfestival mit Pop- und Rockmusik. Gehst du auch?)
4. Lisa: Mijn vrienden en ik gaan naar Concert at Sea, dat is een festival aan zee in Zeeland. (Meine Freunde und ich gehen zu Concert at Sea, das ist ein Festival am Meer in Zeeland.)
5. Tom: Wat leuk! Daar treden altijd bekende Nederlandse popartiesten op. (Wie schön! Dort treten immer bekannte niederländische Popkünstler auf.)
6. Lisa: We gaan ook naar Mysteryland, een festival met veel elektronische muziek. (Wir gehen auch zu Mysteryland, einem Festival mit viel elektronischer Musik.)
7. Tom: Er zijn zoveel festivals! Volgend jaar wil ik naar Pinkpop en Zwarte Cross, om mijn favoriete bands te zien. (Es gibt so viele Festivals! Nächstes Jahr möchte ich zu Pinkpop und Zwarte Cross, um meine Lieblingsbands zu sehen.)
8. Lisa: Oh, die lijken mij ook heel leuk. Wat is jouw favoriete muziekstijl en groep? (Oh, die finde ich auch sehr schön. Was ist dein Lieblingsmusikstil und deine Lieblingsband?)
9. Tom: Ik heb geen favoriete groep, ik luister ook graag naar jazz en klassieke muziek. (Ich habe keine Lieblingsband, ich höre auch gern Jazz und klassische Musik.)
10. Lisa: Oh, toevallig! Ik koop kaartjes voor een klassiek concert in juni in het Concertgebouw. Wil je mee? (Oh, zufällig! Ich kaufe Karten für ein klassisches Konzert im Juni im Concertgebouw. Willst du mitkommen?)
11. Tom: Graag! Naar een concert gaan met goede muzikanten vind ik het leukste wat er is! (Gern! Zu einem Konzert mit guten Musikern zu gehen, finde ich am schönsten!)

Übung 3: Fragen zum Text

Anleitung: Lies den obigen Text und wähle die richtige Antwort aus.

1. Naar welk festival gaat Tom dit jaar?

(Zu welchem Festival geht Tom dieses Jahr?)

2. Wat voor soort muziek is er op Paaspop te horen?

(Welche Art von Musik gibt es auf Paaspop zu hören?)

3. Naar welk festival gaan Lisa en haar vrienden?

(Zu welchem Festival gehen Lisa und ihre Freunde?)

4. Welk soort concert wil Lisa in juni bezoeken?

(Welche Art Konzert möchte Lisa im Juni besuchen?)

Übung 4: Offene Gesprächsfragen

Anleitung: Beantworte die Fragen und korrigiere sie mit deinem Lehrer.

  1. Welke muziekstijlen vind jij leuk om te luisteren tijdens een concert of festival?
    2. Welche Musikrichtungen hörst du gerne während eines Konzerts oder Festivals?
  2. Hoe koop jij meestal je tickets voor een evenement, online of aan de kassa?
    3. Wie kaufst du normalerweise deine Tickets für eine Veranstaltung, online oder am Schalter?
  3. Ben je ooit naar een klassiek concert geweest? Vertel er kort over.
    4. Warst du schon einmal auf einem klassischen Konzert? Erzähle kurz darüber.
  4. Noem een Nederlands muziekfestival waar jij graag naartoe zou willen gaan en waarom.
    5. Nenne ein niederländisches Musikfestival, zu dem du gerne gehen möchtest, und warum.