10K+ Studenten - 4.8/5
Lerne mit einem Lehrer Lernmaterialien inbegriffen Konversation üben
Een RTL nieuwsmedewerker geeft inpaktips in deze video. Leer hoe je het beste door die vervelende bagagecheck komt.
Ein RTL-Nachrichtenmitarbeiter gibt in diesem Video Packtipps. Erfahren Sie, wie Sie am besten durch die lästige Gepäckkontrolle kommen.

Übung 1: Hörverstehen

Anleitung: Sieh dir das Video an und erkenne den Wortschatz. Beantworte dann die Fragen unten.

Wort Übersetzung
inpakken einpacken
de spullen die Sachen
de koffer der Koffer
meenemen mitnehmen
de verpakking die Verpackung
Dit is de belangrijkste oorzaak van stress voor vakantie: te veel spullen in een te kleine koffer. (Das ist die häufigste Ursache für Stress vor dem Urlaub: zu viele Sachen in einem zu kleinen Koffer.)
Gelukkig zijn er tips om je koffer goed in te pakken. (Zum Glück gibt es Tipps, wie du deinen Koffer gut packen kannst.)
Neem bij kleding spullen mee die je makkelijk kunt combineren. (Nimm bei der Kleidung Teile mit, die sich leicht kombinieren lassen.)
Als je je kleding oprolt, past het compacter en krijg je minder kreukels. (Wenn du deine Kleidung rollst, lässt sie sich kompakter verstauen und bekommt weniger Falten.)
In mijn toilettas neem ik zoveel mogelijk kleine flesjes mee. (In meinem Kulturbeutel nehme ich möglichst viele kleine Fläschchen mit.)
Je hebt van die kleine flesjes waar je shampoo of zeep in kunt doen. Heel handig! (Es gibt diese kleinen Fläschchen, in die du Shampoo oder Seife füllen kannst. Sehr praktisch!)
Het is ook de juiste hoeveelheid, dus je mag ze mee door de douane nemen. (Die Menge ist auch passend, deshalb darfst du sie durch die Sicherheitskontrolle mitnehmen.)
Een laatste tip: soms is de verpakking te groot, haal de spullen dan gewoon uit de verpakking. (Ein letzter Tipp: Manchmal ist die Verpackung zu groß – dann nimm die Sachen einfach aus der Verpackung.)
In plaats van veel boeken en tijdschriften, neem ik alles op mijn e-reader mee. (Statt vieler Bücher und Zeitschriften nehme ich alles auf meinem E-Reader mit.)
Mijn telefoonoplader en oortjes doe ik in een brillenkoker, zo zijn ze veilig. (Mein Telefonladegerät und meine Ohrhörer packe ich in ein Brillenetui, so sind sie sicher.)
Het grote moment! Kijken of alles in mijn koffer past. Het is gelukt! De koffer is dicht en ik kan rustig op vakantie gaan. (Der große Moment! Mal sehen, ob alles in meinen Koffer passt. Geschafft! Der Koffer ist zu und ich kann entspannt in den Urlaub fahren.)

Übung 2: Dialog

Anleitung: Lesen Sie den Dialog und beantworten Sie die Fragen.

Jurre en Fenne zijn broer en zus. Ze gaan morgen op vakantie en pakken samen hun koffers in.

Jurre und Fenne sind Bruder und Schwester. Sie fahren morgen in den Urlaub und packen gemeinsam ihre Koffer.
1. Jurre: Ik ben mijn koffer aan het inpakken, maar hij is al bijna vol. (Ich packe meinen Koffer, aber er ist schon fast voll.)
2. Fenne: Wat heb je allemaal ingepakt, Jurre? Misschien neem je te veel mee. (Was hast du alles eingepackt, Jurre? Vielleicht nimmst du zu viel mit.)
3. Jurre: Ik heb drie handdoeken en twee zwembroeken in mijn koffer gedaan. (Ich habe drei Handtücher und zwei Badehosen in meinen Koffer getan.)
4. Fenne: Dat is wel veel. Je kunt beter maar één handdoek meenemen. (Das ist schon viel. Du kannst besser nur ein Handtuch mitnehmen.)
5. Jurre: Misschien heb je gelijk. Mijn zonnebril en pet heb ik nog niet ingepakt. (Vielleicht hast du Recht. Meine Sonnenbrille und Kappe habe ich noch nicht eingepackt.)
6. Fenne: Die zijn echt belangrijk! En vergeet je ondergoed niet. Misschien past dat in je rugzak? (Die sind wirklich wichtig! Und vergiss deine Unterwäsche nicht. Vielleicht passt die in deinen Rucksack?)
7. Jurre: Goede tip! Maar mijn rugzak is al vol met toiletspullen en kleine dingen. (Guter Tipp! Aber mein Rucksack ist schon voll mit Toilettenartikeln und kleinen Dingen.)
8. Fenne: Je kunt die spullen anders in mijn handtas doen, samen met dingen die je snel nodig hebt. (Du kannst die Sachen sonst in meine Handtasche tun, zusammen mit Dingen, die du schnell brauchst.)
9. Jurre: Slim! Ik stop dan ook mijn telefoonoplader en mobiel in de handtas. (Klug! Ich stecke dann auch mein Handy-Ladegerät und Handy in die Handtasche.)
10. Fenne: Eigenlijk zijn dat mijn spullen dan. Zo word ik steeds rijker! (Eigentlich sind das dann meine Sachen. So werde ich immer reicher!)

Übung 3: Fragen zum Text

Anleitung: Lies den obigen Text und wähle die richtige Antwort aus.

1. Wat zegt Jurre over zijn koffer?

(Was sagt Jurre über seinen Koffer?)

2. Welke tip geeft Fenne over handdoeken?

(Welchen Tipp gibt Fenne zu Handtüchern?)

3. Wat heeft Jurre al in zijn rugzak gedaan?

(Was hat Jurre schon in seinen Rucksack getan?)

4. Waar stelt Fenne voor om de telefoonoplader in te stoppen?

(Wo schlägt Fenne vor, das Handyladegerät reinzutun?)

Übung 4: Offene Gesprächsfragen

Anleitung: Beantworte die Fragen und korrigiere sie mit deinem Lehrer.

  1. Wat neem jij altijd mee in je handbagage als je op reis gaat?
    2. Was nimmst du immer im Handgepäck mit, wenn du reist?
  2. Hoe beslis je wat je in je koffer stopt en wat je in je rugzak doet?
    3. Wie entscheidest du, was du in deinen Koffer packst und was in deinen Rucksack?
  3. Welke spullen vind je het belangrijkst om niet te vergeten bij het inpakken?
    4. Welche Sachen findest du am wichtigsten, um sie beim Packen nicht zu vergessen?
  4. Heb je ooit te veel spullen meegenomen op vakantie? Wat deed je toen met de extra spullen?
    5. Hast du schon einmal zu viele Sachen im Urlaub mitgenommen? Was hast du dann mit den extra Sachen gemacht?