10K+ Studenten - 4.8/5
Lerne mit einem Lehrer Lernmaterialien inbegriffen Konversation üben

Unterrichtsrichtlinien +/- 15 Minuten

Gespräch

1. Tom: Heb je al plannen voor de zomervakantie? (Hast du schon Pläne für die Sommerferien?) Anzeigen
2. Anna: Nog niet echt, ik wil graag ergens naartoe om even te ontspannen. (Noch nicht wirklich, ich möchte gerne irgendwohin fahren, um mich etwas zu entspannen.) Anzeigen
3. Tom: Ik ook, maar na dat dure trouwfeest kunnen we geen vliegtickets betalen. (Ich auch, aber nach dieser teuren Hochzeitsfeier können wir uns keine Flugtickets leisten.) Anzeigen
4. Anna: Klopt, tante Annie at kreeft, maar onze reis naar Japan kunnen we vergeten. (Stimmt, Tante Annie hat Hummer gegessen, aber unsere Reise nach Japan können wir vergessen.) Anzeigen
5. Tom: Misschien reizen we gewoon met de trein of bus, dat is goedkoper. (Vielleicht reisen wir einfach mit dem Zug oder Bus, das ist günstiger.) Anzeigen
6. Anna: Reizen door Nederland? Misschien naar het zuiden, zoals Zoutelande? (Durch die Niederlande reisen? Vielleicht in den Süden, wie nach Zoutelande?) Anzeigen
7. Tom: Goed idee. Lekker uitwaaien aan zee, zonder auto, duurzaam reizen. (Gute Idee. Frische Meeresluft, ohne Auto, nachhaltiges Reisen.) Anzeigen
8. Anna: Duurzaam of gewoon goedkoop, ik zeg tegen mijn broer dat het voor het milieu is. (Nachhaltig oder einfach nur günstig, ich sage meinem Bruder, dass es wegen der Umwelt ist.) Anzeigen
9. Tom: Kom op, het wordt leuk. We kunnen een rondleiding doen op een eiland in Zeeland. (Komm schon, es wird schön. Wir können eine Führung auf einer Insel in Zeeland machen.) Anzeigen
10. Anna: Klinkt bijna net zo goed als Bali! Laten we snel iets boeken voordat het duurder wordt. (Klingt fast so gut wie Bali! Lass uns schnell etwas buchen, bevor es teurer wird.) Anzeigen
11. Tom: Dat hoeft niet, ik vraag mijn ouders of we in hun strandhuis mogen verblijven. Dan koken we zelf. (Das ist nicht nötig, ich frage meine Eltern, ob wir in ihrem Strandhaus wohnen dürfen. Dann kochen wir selbst.) Anzeigen
12. Anna: En 's avonds drinken we een lekkere fles wijn van jouw vader. (Und abends trinken wir eine leckere Flasche Wein von deinem Vater.) Anzeigen
13. Tom: Prima! Zelfs met grijze wolken ben ik blij dat we samen zijn hier. (Prima! Selbst mit grauen Wolken bin ich froh, dass wir hier zusammen sind.) Anzeigen

Übung 1: Diskussionsfragen

Anleitung: Diskutiert die Fragen, nachdem ihr das Audio gehört oder den Text gelesen habt.

  1. Waarom kunnen Tom en Anna dit jaar niet met het vliegtuig op vakantie gaan?
    2. Warum können Tom und Anna dieses Jahr nicht mit dem Flugzeug in den Urlaub fliegen?
  2. Hoe gaan Tom en Anna reizen?
    3. Wie werden Tom und Anna reisen?
  3. Wat is jouw favoriete vakantiebestemming in eigen land? Waarom?
    4. Was ist dein Lieblingsurlaubsziel im eigenen Land? Warum?
  4. Luistertip: Zoutelande van Bløf (met Geike Arnaert) is een Vlaams-Nederlandse monsterhit. Vertaal de tekst.
    5. Hörtipp: Zoutelande von Bløf (mit Geike Arnaert) ist ein flämisch-niederländischer Megahit.