A2.37: Auf Jobsuche

Op zoek naar een baan

Diese Lektion zum Thema Jobsuche im Niederländischen behandelt wichtige trennbare Verben wie 'bijwerken' (aktualisieren) und 'opsturen' (verschicken). Sie lernen praktische Ausdrücke für den Lebenslauf, die Bewerbung und das Vorstellungsgespräch.

Wortschatz (19)

 Solliciteren (sich bewerben) - Verbkonjugation und Übungen

Solliciteren

Anzeigen

Sich bewerben Anzeigen

 Verzenden (versenden) - Verbkonjugation und Übungen

Verzenden

Anzeigen

Versenden Anzeigen

 De sollicitant: Der Bewerber (Niederländisch)

De sollicitant

Anzeigen

Der bewerber Anzeigen

 Het sollicitatiegesprek: Das Vorstellungsgespräch (Niederländisch)

Het sollicitatiegesprek

Anzeigen

Das vorstellungsgespräch Anzeigen

 De werkervaring: Die Berufserfahrung (Niederländisch)

De werkervaring

Anzeigen

Die berufserfahrung Anzeigen

 Het uitzendbureau: Die Zeitarbeitsfirma (Niederländisch)

Het uitzendbureau

Anzeigen

Die zeitarbeitsfirma Anzeigen

 De werkgever: Der Arbeitgeber (Niederländisch)

De werkgever

Anzeigen

Der arbeitgeber Anzeigen

 De vacature: Die Stellenanzeige (Niederländisch)

De vacature

Anzeigen

Die stellenanzeige Anzeigen

 Het cv (het curriculum vitae): Der Lebenslauf (das Curriculum Vitae) (Niederländisch)

Het cv (het curriculum vitae)

Anzeigen

Der lebenslauf (das curriculum vitae) Anzeigen

 Verantwoordelijk: verantwortlich (Niederländisch)

Verantwoordelijk

Anzeigen

Verantwortlich Anzeigen

 Ijverig: fleißig (Niederländisch)

Ijverig

Anzeigen

Fleißig Anzeigen

 De jobbeschrijving: Die Stellenbeschreibung (Niederländisch)

De jobbeschrijving

Anzeigen

Die stellenbeschreibung Anzeigen

 De sollicitatiebrief: Das Bewerbungsschreiben (Niederländisch)

De sollicitatiebrief

Anzeigen

Das bewerbungsschreiben Anzeigen

 Het profiel: Das Profil (Niederländisch)

Het profiel

Anzeigen

Das profil Anzeigen

 Het certificaat: Das Zertifikat (Niederländisch)

Het certificaat

Anzeigen

Das zertifikat Anzeigen

 Geselecteerd: Ausgewählt (Niederländisch)

Geselecteerd

Anzeigen

Ausgewählt Anzeigen

 Georganiseerd: organisiert (Niederländisch)

Georganiseerd

Anzeigen

Organisiert Anzeigen

 Punctueel: pünktlich (Niederländisch)

Punctueel

Anzeigen

Pünktlich Anzeigen

 Flexibel: flexibel (Niederländisch)

Flexibel

Anzeigen

Flexibel Anzeigen

Übungen

Diese Übungen können während Konversationsstunden oder als Hausaufgaben gemacht werden.

Übung 1: Übersetzen und in einem Satz verwenden

Anleitung: Wählen Sie ein Wort, übersetzen Sie es und verwenden Sie das Wort in einem Satz oder Dialog.

1

Het certificaat


Das Zertifikat

2

Ijverig


Fleißig

3

Verantwoordelijk


Verantwortlich

4

Georganiseerd


Organisiert

5

Punctueel


Pünktlich

Oefening 2: Gesprächsübung

Instructie:

  1. Wie lange mussten Sie das letzte Mal nach einem Job suchen? (Wie lange mussten Sie das letzte Mal nach einem Job suchen?)
  2. Was ist wichtig bei einer Bewerbung? (Was ist wichtig bei einer Bewerbung?)
  3. Wie sieht Ihr Lebenslauf aus? (Wie sieht Ihr Lebenslauf aus?)

Unterrichtsrichtlinien +/- 10 Minuten

Beispielsätze:

Ik heb drie maanden lang naar een baan gezocht. Het was een beetje moeilijk, maar ik heb een goede gevonden.

Ich habe drei Monate lang nach einem Job gesucht. Es war ein bisschen schwer, aber ich habe einen guten gefunden.

Ik vond een baan na één maand. Ik gebruikte websites en verstuurde veel cv's.

Ich habe nach einem Monat einen Job gefunden. Ich habe Websites genutzt und viele Lebensläufe verschickt.

Het is erg belangrijk om je cv en sollicitatiebrief via e-mail te versturen.

Es ist sehr wichtig, Ihren Lebenslauf und Ihr Anschreiben per E-Mail zu senden.

Het is goed om te zeggen dat je al ervaring hebt in de functie waarop je solliciteert.

Es ist gut zu sagen, dass Sie bereits Erfahrung in der Position haben, für die Sie sich bewerben.

Mijn cv is simpel en kort. Ik heb mijn vaardigheden en laatste baan opgeschreven.

Mein Lebenslauf ist einfach und kurz. Ich habe meine Fähigkeiten und meine letzte Stelle aufgeschrieben.

Mijn cv bevat mijn foto, mijn contactgegevens en mijn werkgeschiedenis.

Mein Lebenslauf enthält mein Foto, meine Kontaktdaten und meinen beruflichen Werdegang.

...

Übung 3: Dialogkarten

Anleitung: Wähle eine Situation aus und übe das Gespräch mit deinem Lehrer oder deinen Mitschülern.

Übung 4: Mehrfachauswahl

Anleitung: Wählen Sie die richtige Lösung

1. Ik ______ mijn sollicitatiebrief goed voor voordat ik hem verstuur.

(Ich ______ mein Bewerbungsschreiben gut vor, bevor ich es abschicke.)

2. De werkgever ______ mij terug na het sollicitatiegesprek.

(Der Arbeitgeber ______ mich nach dem Vorstellungsgespräch zurück.)

3. Ik heb mijn cv ______ voor de nieuwe vacature.

(Ich habe meinen Lebenslauf ______ für die neue Stelle.)

4. Wij ______ een flexibele en ijverige sollicitant voor onze organisatie.

(Wir ______ einen flexiblen und fleißigen Bewerber für unsere Organisation.)

Übung 5: Auf der Suche nach einem Job

Anleitung:

Ik (Voorbereiden - OTT) mijn sollicitatiebrief voor en (Bijwerken - OTT) mijn cv bij. Vorig jaar (Afstuderen - OVT) ik af aan de universiteit. Mijn vriendin (Solliciteren - VTT) al verschillende keren gesolliciteerd en (Solliciteren - VTT) voor een paar banen uitgenodigd. Vandaag (Bellen - OTT) ik het uitzendbureau om te informeren naar nieuwe vacatures.


Ich bereite (Vorbereiten - Präsens) mein Bewerbungsschreiben vor und arbeite (Aktualisieren - Präsens) meinen Lebenslauf auf. Letztes Jahr yang ich meinen Abschluss gemacht (Abschließen - Präteritum) an der Universität. Meine Freundin hat (Bewerben - Perfekt) sich schon mehrmals beworben und ist (Bewerben - Perfekt) zu ein paar Vorstellungsgesprächen eingeladen worden. Heute rufe (Anrufen - Präsens) ich die Arbeitsvermittlung an, um mich nach neuen Stellenangeboten zu erkundigen.

Verbtabellen

Voorbereiden - Vorbereiten

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)

  • ik bereid
  • jij bereidt
  • hij/zij/het bereidt
  • wij bereiden
  • jullie bereiden
  • zij bereiden

Bijwerken - Aktualisieren

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)

  • ik werk bij
  • jij werkt bij
  • hij/zij/het werkt bij
  • wij werken bij
  • jullie werken bij
  • zij werken bij

Afstuderen - Abschließen

Onvoltooid verleden tijd (OVT)

  • ik studeerde af
  • jij studeerde af
  • hij/zij/het studeerde af
  • wij studeerden af
  • jullie studeerden af
  • zij studeerden af

Solliciteren - Bewerben

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT)

  • ik heb gesolliciteerd
  • jij hebt gesolliciteerd
  • hij/zij/het heeft gesolliciteerd
  • wij hebben gesolliciteerd
  • jullie hebben gesolliciteerd
  • zij hebben gesolliciteerd

Bellen - Anrufen

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)

  • ik bel
  • jij belt
  • hij/zij/het belt
  • wij bellen
  • jullie bellen
  • zij bellen

Übung 6: Scheidbare werkwoorden

Anleitung: Füllen Sie das richtige Wort ein.

Grammatik: Trennbare Verben

Übersetzung anzeigen Antworten zeigen

stuurt, zoekt, maakt, neemt, uitgenodigd, bel, bijgewerkt

1. Klaarmaken:
De sollicitant ... zijn cv klaar voor het sollicitatiegesprek.
(Der Bewerber bereitet seinen Lebenslauf für das Bewerbungsgespräch vor.)
2. Opsturen:
Hij ... de sollicitatiebrief vandaag op naar de werkgever.
(Er schickt heute das Bewerbungsschreiben an den Arbeitgeber auf.)
3. Meenemen:
De werkgever ... de sollicitant mee naar het gesprek.
(Der Arbeitgeber nimmt den Bewerber mit zum Gespräch.)
4. Bijwerken:
De jobbeschrijving wordt elke week ... door de werkgever.
(Die Stellenbeschreibung wird jede Woche vom Arbeitgeber aktualisiert.)
5. Terugbellen:
Ik ... het uitzendbureau terug voor een afspraak.
(Ich rufe die Zeitarbeitsfirma zurück für einen Termin.)
6. Uitnodigen:
Ik ben ... voor een sollicitatiegesprek.
(Ich bin zu einem Vorstellungsgespräch eingeladen worden.)
7. Uitzoeken:
Het uitzendbureau ... een geschikte kandidaat uit.
(Die Zeitarbeitsfirma sucht einen geeigneten Kandidaten aus.)
8. Aannemen:
De werkgever ... nieuwe medewerkers aan voor het bedrijf.
(Der Arbeitgeber stellt neue Mitarbeiter für das Unternehmen ein.)

Grammatik

Es ist nicht das Aufregendste, das geben wir zu, aber es ist absolut notwendig (und wir versprechen, es wird sich lohnen)!

Verbkonjugationstabellen für diese Lektion

Voorbereiden vorbereiten

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT)

Niederländisch Deutsch
(ik) bereid voor ich bereite vor
(jij) bereidt voor / bereid je voor du bereitest dich vor
(hij/zij/het) bereidt voor er bereitet vor
(wij) bereiden voor wir bereiten vor
(jullie) bereiden voor ihr bereitet vor
(zij) bereiden voor sie bereiten vor

Übungen und Beispielsätze

Afstuderen abschließen

Onvoltooid verleden tijd (OVT)

Niederländisch Deutsch
(ik) studeerde af / studeerde af Ich schloss ab
(jij) studeerde af / studeerde af du schlossest ab
(hij/zij/het) studeerde af / studeerde af er/sie/es schloss ab
(wij) studeerden af wir schlossen ab
(jullie) studeerden af ihr schloss ab
(zij) studeerden af sie schlossen ab

Übungen und Beispielsätze

Solliciteren sich bewerben

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT)

Niederländisch Deutsch
(ik) heb gesolliciteerd Ich habe mich beworben
(jij) hebt gesolliciteerd / hebt gesolliciteerd du hast dich beworben
(hij/zij/het) heeft gesolliciteerd er/sie/es hat sich beworben
(wij) hebben gesolliciteerd wir haben uns beworben
(jullie) hebben gesolliciteerd Ihr habt euch beworben
(zij) hebben gesolliciteerd sie haben sich beworben

Übungen und Beispielsätze

Sie sehen keinen Fortschritt beim selbstständigen Lernen? Lernen Sie dieses Material mit einem zertifizierten Lehrer!

Möchten Sie heute Niederländisch üben? Das ist möglich! Kontaktieren Sie einfach noch heute einen unserer Lehrer.

Jetzt anmelden!

Einführung in das Thema „Auf Jobsuche“

In dieser Lektion lernen Sie, wie man auf Niederländisch über die Jobsuche spricht. Der Schwerpunkt liegt auf der Verwendung von „scheidbaren werkwoorden“ (trennbaren Verben), die im Niederländischen sehr wichtig sind, besonders wenn es um Bewerbungen und Stellenangebote geht. Sie üben typische Sätze, Dialoge und wichtige Vokabeln rund um das Thema Bewerbung, Lebenslauf und Vorstellungsgespräche.

Was lernen Sie genau?

  • Wie man einen Lebenslauf (het cv) erstellt, überarbeitet und per E-Mail verschickt.
  • Wichtige Sätze für das Suchen von Stellenanzeigen (vacatures) im Internet und die Besprechung von Anforderungen.
  • Wie man Informationen über eine offene Stelle erfragt – z.B. über den Ablauf des Vorstellungsgesprächs oder erforderliche Unterlagen.
  • Verwendung von trennbaren Verben wie „bijwerken“ (aktualisieren), „voorbereiden“ (vorbereiten), „opsturen“ (abschicken) und deren korrekte Konjugation im Präsens und anderen Zeiten.
  • Ein Mini-Kurztext zum Thema Jobsuche, der wichtige Verben in verschiedenen Zeitformen enthält, um ihr Verständnis zu vertiefen.

Wichtige Vokabeln und Ausdrücke

  • Sollicitatiebrief – Bewerbungsschreiben
  • Het sollicitatiegesprek – das Vorstellungsgespräch
  • De werkgever – der Arbeitgeber
  • Vacature – Stellenanzeige
  • Bijwerken – aktualisieren
  • Opsturen – absenden
  • Voorbereiden – vorbereiten
  • Bellen – anrufen

Trennbare Verben: Besonderheiten im Niederländischen

Im Niederländischen sind trennbare Verben besonders wichtig und erscheinen oft am Satzende oder werden bei der Konjugation getrennt. Beispiel: „ik werk mijn cv bij“ (ich aktualisiere meinen Lebenslauf). Solche Konstruktionen finden Sie in vielen Dialogen und Übungen dieser Lektion. Im Deutschen gibt es ebenfalls trennbare Verben, jedoch sind Wortstellung und Nutzung etwas anders, was beim Umgang mit Niederländisch zu beachten ist.

Vergleich wichtiger Phrasen Deutsch – Niederländisch

  • Bewerbung schreiben: Bewerbungsbrief - sollicitatiebrief
  • Lebenslauf aktualisieren: Lebenslauf aktualisieren - cv bijwerken
  • Berufserfahrung sammeln: werkervaring opdoen
  • Stellenanzeige suchen: vacature zoeken
  • Zum Vorstellungsgespräch gehen: naar het sollicitatiegesprek gaan

Diese Lektion hilft, typische Alltagssituationen bei der Jobsuche sprachlich sicher zu meistern und ist für alle Lerner auf Niveau A2 besonders geeignet.

Diese Lektionen wären ohne unsere großartigen Partner nicht möglich🙏