Linee guida per l'insegnamento +/- 15 minuti

Conversazione

1. Jan : Poeh, Sanne, ik ben echt zenuwachtig. Onze baas zet ons weer onder druk met die deadline. (Poeh, Sanne, sono davvero nervoso. Il nostro capo ci mette di nuovo sotto pressione con quella scadenza.) Mostra
2. Sanne: Ja, ik voel me bijna bang door alle werkstress. De baas begrijpt ons echt niet meer. Ik ben best boos. (Sì, mi sento quasi spaventato a causa di tutto questo stress da lavoro. Il capo non ci capisce davvero più. Sono abbastanza arrabbiato.) Mostra
3. Jan : En nu wil ze ineens de presentatie al vrijdag voor twaalf uur klaar hebben! (E ora vuole improvvisamente che la presentazione sia pronta venerdì prima delle dodici!) Mostra
4. Sanne: Ik word er bijna verdrietig van. We zijn al zo lang bezig met dit project. Het lijkt wel alsof het haar niets kan schelen. (Sto quasi per diventare triste. Stiamo lavorando a questo progetto da così tanto tempo. Sembra proprio che a lei non importi nulla.) Mostra
5. Jan : Precies! Ze is altijd blij als ze ons extra werk kan geven, maar ze ziet niet hoe druk het is. (Esatto! È sempre contenta quando può darci lavoro extra, ma non vede quanto siamo sotto pressione.) Mostra
6. Sanne: Helemaal waar! Zo kun je je werk niet goed doen. Ik wil erom lachen, maar eigenlijk is het helemaal niet leuk. (Proprio così! Così non puoi fare bene il tuo lavoro. Vorrei ridere, ma in realtà non è affatto divertente.) Mostra
7. Jan : En hoe voel jij je hierdoor? Kun je ’s avonds wel ontspannen? (E tu come ti senti per questo? Riesci a rilassarti la sera?) Mostra
8. Sanne: Ik ben allesbehalve rustig. Ik ben zenuwachtig en ook niet gelukkig. Ik vrees dat ik er een burn-out van krijg. (Non sono affatto calmo. Sono nervoso e neanche felice. Temo di prendere un burnout.) Mostra
9. Jan : Kom op, dan verlies ik mijn collega. Neem nog een kop koffie en we gaan door! (Dai, non voglio perdere il mio collega. Prendi un altro caffè e andiamo avanti!) Mostra
10. Sanne: Haha, dank je. Het is hier best saai en grijs op kantoor, maar gelukkig heb ik jou! (Ahah, grazie. Qui in ufficio è abbastanza noioso e grigio, ma per fortuna ti ho te!) Mostra
11. Jan : We moeten wel oppassen dat we niet kaal en dik worden van zoveel koffie en stress. (Dobbiamo stare attenti a non rimanere calvi e ingrassare per tutto questo caffè e stress.) Mostra
12. Sanne: Misschien moeten we even met haar praten. Zij heeft het ook niet makkelijk door de competitie hier. (Forse dovremmo parlare un po’ con lei. Anche lei non ce l’ha facile a causa della competizione qui.) Mostra

Esercizio 1: Domande di discussione

Istruzione: Discutete le domande dopo aver ascoltato l'audio o letto il testo.

  1. Waarom is Jan boos en zenuwachtig?
  2. Perché Jan è arrabbiato e nervoso?
  3. Wanneer is de deadline voor de presentatie?
  4. Quando è la scadenza per la presentazione?
  5. Hoe is jouw baas? Hoe voel jij je op je werk?
  6. Com'è il tuo capo? Come ti senti al lavoro?
  7. Vind de preposities 'Om, door, aan, naar, met' en leg hun functie uit.
  8. Trova le preposizioni 'Om, door, aan, naar, met' e spiega la loro funzione.