In deze video bespreekt de YouTuber enkele beweringen over zintuigen en weerlegt ze.
In questo video lo YouTuber discute alcune affermazioni sui sensi e le confuta.

Esercizio 1: Video

Istruzione: Guarda il video e discuti quello che hai capito con il tuo insegnante.

Esercizio 2: Dialogo

Istruzione: 1. Leggete il dialogo a coppie. 2. Memorizzate le frasi coprendo la traduzione. 3. Coprite le battute di un interlocutore, date risposte alternative con il vostro insegnante e scrivetele.

Een getrouwd koppel licht elkaar in over hedendaagse kennis en feiten.

Una coppia sposata si aggiorna a vicenda su conoscenze e fatti contemporanei.
1. Echtgenoot: Schat, weet jij dat we meer dan vijf zintuigen hebben? (Schat, weet jij dat we meer dan vijf zintuigen hebben?)
2. Echtgenote : Nee, echt? Ik dacht dat we alleen zien, horen, ruiken, proeven en voelen hebben. (Nee, echt? Ik dacht dat we alleen zien, horen, ruiken, proeven en voelen hebben.)
3. Echtgenoot: Dat klopt niet helemaal. Wetenschappers denken dat er meer zijn. (Dat klopt niet helemaal. Wetenschappers denken dat er meer zijn.)
4. Echtgenote : Zoals het voelen van temperatuur en balans? (Zoals het voelen van temperatuur en balans?)
5. Echtgenoot: Ja, precies. En weet je wat ik ook las? Ken je umami? (Ja, precies. En weet je wat ik ook las? Ken je umami?)
6. Echtgenote : Ja, die ken ik. Umami is een smaak, naast bitter, zout, zuur en zoet. Bijvoorbeeld tomaat is umami, toch? (Ja, die ken ik. Umami is een smaak, naast bitter, zout, zuur en zoet. Bijvoorbeeld tomaat is umami, toch?)
7. Echtgenoot: Dat klopt! Weet je dat je umami goed proeft in het vliegtuig? (Dat klopt! Weet je dat je umami goed proeft in het vliegtuig?)
8. Echtgenote : Wat bedoel je? Verandert de smaak niet? En zout of zoet dan? (Wat bedoel je? Verandert de smaak niet? En zout of zoet dan?)
9. Echtgenoot: Zout en zoet proef je bijna niet in het vliegtuig. Daarom doen ze meer smaak in het eten. (Zout en zoet proef je bijna niet in het vliegtuig. Daarom doen ze meer smaak in het eten.)
10. Echtgenote : Dat is interessant! Volgende keer bestel ik tomatensap als we vliegen. (Dat is interessant! Volgende keer bestel ik tomatensap als we vliegen.)

Esercizio 3: Domande sul testo

Istruzione: Leggi il testo sopra e scegli la risposta corretta.

Esercizio 4: Domande per iniziare una conversazione

Istruzione: Discuti le seguenti domande con il tuo insegnante utilizzando il vocabolario di questa lezione e scrivi le tue risposte.