Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten
Gesprek
Zucchero è uno dei cantanti più importanti in Italia, ascolta la sua versione della canzone di Natale "Astro del ciel".
Zucchero is een van de belangrijkste zangers in Italië, luister naar zijn versie van het kerstlied "Astro del ciel".
1. | Paolo: | Hai visto il calendario delle vacanze in ufficio? | (Heb je de kalender van de feestdagen op kantoor gezien?) Show |
2. | Anna: | Sì, chiudiamo il 22 dicembre, giusto? | (Ja, we sluiten op 22 december, toch?) Show |
3. | Paolo: | Esatto. Tu cosa fai a Natale? Resti in città? | (Precies. Wat doe jij met Kerstmis? Blijf je in de stad?) Show |
4. | Anna: | Sì, i miei genitori vengono a trovarmi il 25 dicembre. | (Ja, mijn ouders komen op 25 december bij mij op bezoek.) Show |
5. | Paolo: | Che bello! Io invece parto il 26 dicembre. | (Wat leuk! Ik vertrek echter op 26 december.) Show |
6. | Anna: | E per Capodanno? Hai programmi? | (En met Oud en Nieuw? Heb je plannen?) Show |
7. | Paolo: | Faccio una cena con alcuni amici il 31 dicembre. | (Ik ga op 31 december met een paar vrienden uit eten.) Show |
8. | Anna: | Io invece lavoro il 1° gennaio, purtroppo. | (Ik werk helaas op 1 januari.) Show |
9. | Paolo: | Peccato! Almeno possiamo decorare l’ufficio prima. | (Jammer! Tenminste kunnen we het kantoor vooraf versieren.) Show |
10. | Anna: | Buona idea. Che ne dici di farlo il 7 dicembre? | (Goed idee. Wat denk je ervan om het op 7 december te doen?) Show |
11. | Paolo: | Perfetto. Così l’ufficio è pronto per le feste! | (Perfect. Zo is het kantoor klaar voor de feestdagen!) Show |
Oefening 1: Discussievragen
Instructie: Bespreek de vragen nadat je naar de audio hebt geluisterd of de tekst hebt gelezen.
- Quando chiude l'ufficio a dicembre?
- Cosa fa Paolo per Natale?
- Chi viene a trovare Anna il 25 dicembre?
- Quando vogliono decorare l’ufficio?
- Cosa fai nel tuo paese per Capodanno?
Wanneer sluit het kantoor in december?
Wat doet Paolo met kerst?
Wie komt Anna op 25 december bezoeken?
Wanneer willen ze het kantoor versieren?
Wat doe je in jouw land met oud en nieuw?