Leer hoe het Italiaanse passato prossimo wordt gevormd met het hulpwerkwoord avere, vooral bij transitieve werkwoorden. Ontdek de basisregels, voorbeeldzinnen met het werkwoord sentire, en begrijp de verschillen met het Nederlands voor het verleden tijd gebruik.
- We gebruiken het werkwoord "avere" met transitieve werkwoorden.
- Met het hulpwerkwoord avere blijft het voltooid deelwoord onveranderd.
Coniugazione di 'avere' (Vervoeging van 'hebben') | Participio (Voltooid deelwoord) | Esempio (Voorbeeld) |
---|---|---|
Io ho | Sentito | Ho sentito un rumore forte. (Ik heb gehoord een hard geluid.) |
Tu hai | Hai sentito delle emozioni forti. (Je hebt gehoord van sterke emoties.) | |
Lui/lei ha | Hai sentito molta felicità. (Je hebt veel geluk gevoeld.) | |
Noi abbiamo | Abbiamo sentito della rabbia. (We hebben gehoord van woede.) | |
Voi avete | Avete sentito un bel suono. (Jullie hebben gehoord een mooi geluid.) | |
Loro hanno | Hanno sentito dei rumori. (Ze hebben gehoord geluiden.) |
Oefening 1: Il passato prossimo con avere
Instructie: Vul het juiste woord in.
hai sentito, ho fatto, abbiamo mangiato, avete parlato, ha parlato, ha compiuto, ha cucinato, abbiamo sentito
Oefening 2: Meerkeuze
Instructie: Kies de juiste oplossing
1. Noi ______ partiti presto stamattina per arrivare in orario.
(Wij ______ vanmorgen vroeg vertrokken om op tijd te zijn.)2. Lei ______ tornata felice dopo il viaggio di lavoro.
(Zij ______ gelukkig teruggekomen na de zakenreis.)3. Io ______ arrivato a casa alle sette di sera.
(Ik ______ om zeven uur ’s avonds thuis aangekomen.)4. Loro ______ usciti dal ristorante felici della serata.
(Zij ______ blij de restaurant uit gegaan na de avond.)5. Tu ______ rimasta sorpresa dalla notizia del collega.
(Jij ______ verrast door het nieuws van de collega.)6. Noi ______ stati molto contenti della festa ieri sera.
(Wij ______ zeer tevreden geweest over het feest gisteravond.)