10K+ studenten - 4.8/5
Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie
Al mercato si trovano tanti tipi di frutta e verdura: guarda il video sulle varietà di mele e pere e scopri i loro prezzi.
Op de markt vind je veel soorten fruit en groenten: bekijk de video over de variëteiten appels en peren en ontdek hun prijzen.

Oefening 1: Woordbingo

Instructie: 1. Luister minimaal twee keer naar de video en geef de woorden aan die je hoort. 2. Gebruik de woorden om een gesprek te vormen met je docent (schrijf je gesprek op). 3. Memoriseer de woorden met de woordentrainer.

Woord Vertaling
due twee
chili kilo
di van
mele appels
per alsjeblieft
favore twintig
venti tachtig
ottanta éénennegentig
novantuno drie
tre achtennegentig
novantotto drie
tre achtennegentig
quarantotto drie
tre achtennegentig
trenta één
uno negenennegentig
novantanove novantanove

Oefening 2: Dialoog

Instructie: 1. Lees de dialoog in tweetallen. 2. Memoriseer de zinnen door de vertaling af te dekken. 3. Dek de regels van één spreker af, geef alternatieve antwoorden met je leraar en schrijf ze op.

Luca va al mercato e compra mele e arance dalla signora Rosa.

Luca gaat naar de markt en koopt appels en sinaasappels van mevrouw Rosa.
1. Luca: Buongiorno! Quanto costano le mele? (Goedemorgen! Hoeveel kosten de appels?)
2. Signora Rosa: Buongiorno! Le mele costano due euro al chilo. (Goedemorgen! De appels kosten twee euro per kilo.)
3. Luca: Prendo tre chili, per favore. Quante mele sono? (Ik neem drie kilo, alstublieft. Hoeveel appels zijn dat?)
4. Signora Rosa: Sono circa otto o nove mele. (Dat zijn ongeveer acht of negen appels.)
5. Luca: Va bene. Quanto costano le pere? (Oké. Hoeveel kosten de peren?)
6. Signora Rosa: Le pere costano quattro euro al chilo. (De peren kosten vier euro per kilo.)
7. Luca: Prendo cinque o sei pere. (Ik neem vijf of zes peren.)
8. Signora Rosa: È un chilo, va bene? (Is één kilo goed?)
9. Luca: Perfetto. Quant'è? (Perfect. Hoeveel is het?)
10. Signora Rosa: Le mele costano sei euro. Le pere quattro euro. Sei più quattro fa dieci euro. (De appels kosten zes euro. De peren vier euro. Zes plus vier is tien euro.)

Oefening 3: Vragen over de tekst

Instructie: Lees de bovenstaande tekst en kies het juiste antwoord.

1. Quanto costano le mele al chilo?

(Hoeveel kosten de appels per kilo?)

2. Quanti chili di mele compra Luca?

(Hoeveel kilo appels koopt Luca?)

3. Quante mele ci sono in tre chili, secondo la Signora Rosa?

(Hoeveel appels zijn er ongeveer in drie kilo, volgens mevrouw Rosa?)

4. Quanto paga Luca per le pere?

(Hoeveel betaalt Luca voor de peren?)

Oefening 4: Openingsvragen voor gesprekken

Instructie: Bespreek de volgende vragen met je leraar met behulp van de woordenschat uit deze les, en schrijf je antwoorden op.

  1. Quanti chili di mele compri di solito e perché?
    2. Hoeveel kilo's appels koop je gewoonlijk en waarom?
  2. Qual è il prezzo giusto per un chilo di pere secondo te?
    3. Wat is volgens jou de juiste prijs voor een kilo peren?
  3. Come conti la frutta quando fai la spesa?
    4. Hoe tel je het fruit als je boodschappen doet?
  4. Preferisci comprare mele o pere? Spiega il motivo.
    5. Koop je liever appels of peren? Leg de reden uit.