Ben jij mee in de mode-industrie? De video geeft je een korte terugblik op mode doorheen de tijd.
Czy jesteś na bieżąco w branży mody? Ten film daje krótki przegląd mody na przestrzeni czasu.
Ćwiczenie 1: Rozumienie ze słuchu
Instrukcja: Obejrzyj wideo i rozpoznaj słownictwo. Następnie odpowiedz na poniższe pytania.
| Słowo | Tłumaczenie |
|---|---|
| de spijkerbroek | dżinsy |
| de mode-industrie | przemysł modowy |
| de werkbroek | spodnie robocze |
| de modeklassieker | modowy klasyk |
| de kleding | odzież |
| de mode | moda |
| de functionele kleding | odzież funkcjonalna |
Ćwiczenie 2: Dialog
Instrukcja: Przeczytaj dialog i odpowiedz na pytania.
Twee vrienden zoeken een goede modeklassieker in een kledingwinkel en houden elkaar op de hoogte van modenieuws.
Dwóch przyjaciół szuka dobrego klasycznego elementu mody w sklepie odzieżowym i informuje się nawzajem o nowościach modowych.
| 1. | Guus: | Leuk dat je mee wilt shoppen. Ik zoek iets casual om op kantoor te dragen. | (Fijn dat je mee wilt winkelen. Ik zoek iets casual om op kantoor te dragen.) |
| 2. | Willemijn: | Ik vind deze broek heel mooi. Misschien kunnen we een spijkerbroek zoeken. | (Ik vind deze broek erg mooi. Misschien kunnen we een spijkerbroek zoeken.) |
| 3. | Guus: | Ja, de spijkerbroek is een echte modeklassieker. Die kan ik met veel dingen combineren. | (Ja, de spijkerbroek is een echte modieklassieker. Die kan ik met veel dingen combineren.) |
| 4. | Willemijn: | Vind je een donkere kleur beter of liever iets met een vintage look? | (Vind je een donkere kleur beter of liever iets met een vintage look?) |
| 5. | Guus: | Donker past beter bij mijn stijl en dit merk vind ik ook goed. Ik doe deze sokken erbij aan. | (Donker past beter bij mijn stijl en dit merk vind ik ook goed. Ik doe deze sokken erbij aan.) |
| 6. | Willemijn: | Wat een leuke sokken! Deze broek zit ook goed. Wil je hem passen in de paskamer? | (Wat een leuke sokken! Deze broek zit ook goed. Wil je hem passen in de paskamer?) |
| 7. | Guus: | Ja, graag. Welk merk is het? Ik droeg vroeger zo'n werkbroek. | (Ja, graag. Welk merk is het? Ik droeg vroeger zo'n werkbroek.) |
| 8. | Willemijn: | Het is een vintage merk, dat is nu weer helemaal hip. | (Het is een vintage merk, dat is nu weer helemaal hip.) |
| 9. | Guus: | Perfect, deze outfit is goed voor op kantoor. | (Perfect, deze outfit is goed voor op kantoor.) |
| 10. | Willemijn: | Iedereen zal jaloers naar je kijken, deze staat je erg goed! | (Iedereen zal jaloers naar je kijken, deze staat je erg goed!) |
Ćwiczenie 3: Pytania dotyczące tekstu
Instrukcja: Przeczytaj powyższy tekst i wybierz poprawną odpowiedź.
1. Wat voor soort kleding zoekt Guus om op kantoor te dragen?
(Jakiego rodzaju ubrania szuka Guus do noszenia w biurze?)2. Waarom kiest Guus voor een donkere spijkerbroek?
(Dlaczego Guus wybiera ciemne dżinsy?)3. Wat zegt Willemijn over het merk van de broek?
(Co mówi Willemijn o marce spodni?)4. Wat vindt Willemijn van de sokken die Guus wil aandoen?
(Co Willemijn sądzi o skarpetkach, które Guus chce założyć?)Ćwiczenie 4: Pytania do otwartej rozmowy
Instrukcja: Odpowiedz na pytania i popraw je z nauczycielem.
- Welke kleding draag je het liefst naar je werk en waarom?
- Wat is jouw favoriete kledingstuk en welke stijl vind je daarbij passen?
- Hoe belangrijk is het merk van je kleding voor jou? Leg uit.
- Draag je graag vintage kleding? Waarom wel of niet?
Jakie ubrania najchętniej nosisz do pracy i dlaczego?
Jaki jest twój ulubiony element garderoby i jaki styl do niego pasuje?
Jak ważna jest dla ciebie marka twoich ubrań? Wyjaśnij.
Czy lubisz nosić ubrania vintage? Dlaczego tak lub dlaczego nie?