Oefening 1: Woordbingo
Instructie: 1. Luister minimaal twee keer naar de video en geef de woorden aan die je hoort. 2. Gebruik de woorden om een gesprek te vormen met je docent (schrijf je gesprek op). 3. Memoriseer de woorden met de woordentrainer.
Woord | Vertaling |
---|---|
Gestire il team | Het team beheren |
Il progetto | Het project |
Portato a termine | Afgerond |
Gestire | Beheren |
Dirigere | Leiden |
Il ruolo | De rol |
Oefening 2: Dialoog
Instructie: 1. Lees de dialoog in tweetallen. 2. Memoriseer de zinnen door de vertaling af te dekken. 3. Dek de regels van één spreker af, geef alternatieve antwoorden met je leraar en schrijf ze op.
Marco e Beatrice si rincontrano dopo tanto tempo e parlano del nuovo lavoro di Beatrice: la project manager.
1. | Marco: | Che piacere rivederti, Beatrice. Come va il lavoro? | (Wat fijn je weer te zien, Beatrice. Hoe gaat het werk?) |
2. | Beatrice: | Sono contenta di vederti. Bene, sono diventata project manager! | (Ik ben blij je te zien. Goed, ik ben projectmanager geworden!) |
3. | Marco: | Davvero? Interessante! Ma... cosa fa un project manager? | (Echt? Interessant! Maar... wat doet een projectmanager?) |
4. | Beatrice: | Mi occupo di organizzare i progetti e della gestione del tempo del gruppo. | (Ik houd me bezig met het organiseren van projecten en het tijdbeheer van de groep.) |
5. | Marco: | Sembra un lavoro difficile, allora hai molte responsabilità. | (Dat lijkt een moeilijke baan, dus heb je veel verantwoordelijkheden.) |
6. | Beatrice: | Sì, è vero. Infatti una delle mie priorità è delegare i compiti alle persone giuste. | (Ja, dat is waar. Een van mijn prioriteiten is inderdaad taken delegeren aan de juiste mensen.) |
7. | Marco: | Capisco. Perché hai scelto di fare la project manager? | (Ik begrijp het. Waarom heb je ervoor gekozen projectmanager te worden?) |
8. | Beatrice: | Perché ho sempre amato seguire un progetto dall’inizio alla fine. Ti ricordi i progetti che facevamo a scuola? | (Omdat ik altijd graag een project van begin tot eind volg. Weet je nog die projecten die we op school deden?) |
9. | Marco: | Sì, certo! Mi ricordo che eri brava a organizzare i progetti e a gestire il tempo. | (Ja, zeker! Ik herinner me dat je goed was in het organiseren van projecten en het beheren van tijd.) |
10. | Beatrice: | Esatto, infatti oggi controllo anche che tutto sia completato nei tempi previsti. | (Precies, ik zorg er nu ook voor dat alles binnen de geplande tijd afgerond wordt.) |
11. | Marco: | Wow, serve molta autonomia per fare questo lavoro bene. | (Wauw, je hebt veel zelfstandigheid nodig om dit werk goed te doen.) |
12. | Beatrice: | Sì, ma anche una buona comunicazione è molto importante. | (Ja, maar ook goede communicatie is erg belangrijk.) |
Oefening 3: Vragen over de tekst
Instructie: Lees de bovenstaande tekst en kies het juiste antwoord.
1. Qual è il compito principale di un project manager secondo Beatrice?
(Wat is volgens Beatrice de hoofdtaak van een projectmanager?)2. Qual è una delle priorità di Beatrice nel suo lavoro?
(Wat is één van Beatrice's prioriteiten in haar werk?)3. Perché Beatrice ha deciso di diventare project manager?
(Waarom heeft Beatrice besloten om projectmanager te worden?)4. Quali caratteristiche servono, secondo Beatrice, per fare bene il lavoro di project manager?
(Welke eigenschappen zijn volgens Beatrice nodig om goed werk te doen als projectmanager?)Oefening 4: Openingsvragen voor gesprekken
Instructie: Bespreek de volgende vragen met je leraar met behulp van de woordenschat uit deze les, en schrijf je antwoorden op.
- Quali abilità sono importanti per un project manager secondo Beatrice?
- Come pensi che si possa migliorare la comunicazione in un team di lavoro?
- Racconta una volta in cui hai dovuto delegare un compito importante. Come hai scelto a chi affidarlo?
- Secondo te, qual è la sfida più grande nel gestire un progetto complesso?