Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten

Leer alles over de Franse klemtoonvoornaamwoorden (les pronoms toniques) zoals moi, toi, lui, en hoe ze gebruikt worden om nadruk te leggen, personen te vervangen, of bezit uit te drukken. Ontdek hun vormen in enkelvoud en meervoud, praktische voorbeelden en verschillen met het Nederlands, ideaal voor A1-leerlingen.
  1. Ze worden gebruikt om snel op een vraag te reageren.
  2. Ze worden gebruikt om een persoon voor te stellen.
  3. Ze worden gebruikt om bezit uit te drukken.
Singulier (Enkelvoud)Pluriel  (Meervoud)
Moi (Ik)Nous (Wij)
Toi (Jij)Vous (Jullie)
Lui (Hij)Eux (Zij)
Elle (Zij)Elles (Zij)

Uitzonderingen!

  1. Met de voornaamwoorden "elle, eux, elles" maken we een verbindingsklank met de voorzetsel. Voorbeeld: J'habite chez elle.

Oefening 1: Les pronoms toniques: Moi, Toi, Lui...

Instructie: Vul het juiste woord in.

Toon vertaling Toon antwoorden

eux, moi, lui, vous, elle, elles, Moi

1. Elles:
Les manteaux sont à ....
(De jassen zijn van hen.)
2. Je :
..., je ne lui parle plus.
(Ik spreek hem niet meer.)
3. Elle:
Je suis beaucoup plus fatigué qu'....
(Ik ben veel moeër dan zij.)
4. Il:
Elle a mal, mais ... va bien.
(Ze heeft pijn, maar hij maakt het goed.)
5. Je :
Tu trembles mais pas ....
(Jij beeft maar ik niet.)
6. Ils:
Il a la même douleur qu'....
(Hij heeft dezelfde pijn als zij.)
7. Vous:
Je vais à l'hôpital avec ....
(Ik ga met u naar het ziekenhuis.)
8. Il:
Tu es aussi faible que ....
(Je bent net zo zwak als hij.)

Oefening 2: Meerkeuze

Instructie: Kies de juiste oplossing

1. C'est ___ qui a froid en hiver.

(Het is ___ die het koud heeft in de winter.)

2. Quand j'ai faim, ___ mange quelque chose.

(Als ik honger heb, ___ eet iets.)

3. Tu dois te reposer, prends soin de ___ !

(Je moet uitrusten, zorg goed voor ___!)

4. Nous souffrons tous, mais ___ sommes forts.

(Wij lijden allemaal, maar ___ zijn sterk.)

5. Elle tremble, car ___ a très froid.

(Ze bibbert, want ___ heeft het erg koud.)

6. J'habite chez ___ pendant mes vacances.

(Ik woon bij ___ tijdens mijn vakantie.)

Les pronoms toniques: Moi, Toi, Lui...

In deze les leer je over de pronoms toniques in het Frans, oftewel de klemtoonvoornaamwoorden zoals moi, toi, lui, elle, nous, vous, eux, elles. Deze worden gebruikt om personen te vervangen of extra nadruk te leggen in de zin.

Gebruik van de pronoms toniques

  • Ze kunnen snel antwoord geven op een vraag: C'est lui qui a froid en hiver.
  • Ze dienen om iemand voor te stellen of te benadrukken: Quand j'ai faim, moi je mange quelque chose.
  • Ze drukken bezit uit in combinatie met een voorzetsel: J'habite chez elle pendant mes vacances.

Overzicht van de pronoms toniques

EnkelvoudMeervoud
MoiNous
ToiVous
LuiEux
ElleElles

Belangrijke tips

Let op dat de voornaamwoorden elle, eux, elles vaak een liaison maken met het voorgestelde voorzetsel, bijvoorbeeld: chez elle. Dit is anders dan in het Nederlands waar zulke liaisons niet voorkomen.

Verschil met het Nederlands

In het Nederlands gebruiken we benadrukte vormen zoals "mij", "jou", en "hem" vaak in soortgelijke situaties maar het gebruik en de vorm zijn niet helemaal gelijk. Frans maakt onderscheid tussen subject- en klemtoonvormen met specifieke Vormen die altijd sterk benadrukt zijn. Bijvoorbeeld:

  • Frans: Moi, je parle français. (Ik, ik spreek Frans.)
  • Nederlands: Ik spreek Frans. zonder aparte klemtoonvorm.

Het Franse gebruik van deze pronouns is dus belangrijk voor het correct benadrukken en duidelijk maken wie iets doet of bezit.

Geschreven door

Deze inhoud is ontworpen en beoordeeld door het coLanguage pedagogisch team. Over coLanguage

Profile Picture

Azéline Perrin

bacheloropleiding in toegepaste vreemde talen

Université de Lorraine

University_Logo

Laatst bijgewerkt:

donderdag, 29/05/2025 15:52