Deze les behandelt de meest voorkomende onregelmatige werkwoorden in het Duits, zoals sein (zijn), haben (hebben), wissen (weten) en werden (worden), met praktische voorbeeldzinnen om ze direct toe te passen.
Sein (Zijn)Haben (Hebben)Wissen (Weten)Werden (Worden)
Ich bin (Ik ben)Ich habe (Ik heb)Ich weiß (Ik weet)Ich werde (Ik zal)
Du bist (Jij bent)Du hast (Jij hebt)Du weißt (Je weet)Du wirst (Jij wordt)
Er / Sie / Es ist (Hij / Zij / Het is)Er / Sie / Es hat (Hij / Zij / Het heeft)Er / Sie / Es weiß (Hij / Zij / Het weet)Er / Sie / Es wird (Hij / Zij / Het wordt)
Wir sind (Wij zijn)Wir haben (Wij hebben)Wir wissen (Wij weten)Wir werden (Wij worden)
Ihr seid (Jullie zijn)Ihr habt (Jullie hebben)Ihr wisst (Jullie weten)Ihr werdet (Jullie worden)
Sie sind (Zij zijn)Sie haben (Zij hebben)Sie wissen (U weet)Sie werden (Zij worden)

Oefening 1: Die häufigsten unregelmäßigen Verben

Instructie: Vul het juiste woord in.

Toon vertaling Toon antwoorden

hat, wirst, weiß, ist, habt, habe, werdet

1. Haben:
Die Frau ... einen gebrochenen Arm.
(De vrouw heeft een gebroken arm.)
2. Sein:
Er ... so müde. Seine Augen fallen zu.
(Hij is zo moe. Zijn ogen vallen dicht.)
3. Wissen:
Ich ... die Antwort.
(Ik weet het antwoord.)
4. Haben:
Ich ... Bauchschmerzen.
(Ik heb buikpijn.)
5. Werden:
Ihr ... euch gut fühlen.
(Jullie zullen je goed voelen.)
6. Haben:
Ihr ... die gleiche Haarfarbe.
(Jullie hebben dezelfde haarkleur.)
7. Sein:
Deine Nase ... sehr klein.
(Je neus is heel klein.)
8. Werden:
Du ... später einmal groß.
(Je wordt later groot.)

Oefening 2: Meerkeuze

Instructie: Kies de juiste oplossing

1. Ich ___ Kopfweh und ich bin müde.

(Ik ___ hoofdpijn en ik ben moe.)

2. Du ___ gesund, aber du hast Halsschmerzen.

(Jij ___ gezond, maar je hebt keelpijn.)

3. Er ___, wie man das Rezept macht.

(Hij ___ hoe je het recept maakt.)

4. Wir ___ heute nach der Arbeit sehr müde.

(Wij ___ vandaag na het werk erg moe.)

5. Ihr ___ gute Augen, das sehe ich.

(Jullie ___ goede ogen, dat zie ik.)

6. Sie ___ bald wieder gesund sein.

(Zij ___ binnenkort weer gezond zijn.)

Die häufigsten unregelmäßigen Verben in het Duits

In deze les leer je de meest gebruikte onregelmatige werkwoorden in het Duits. Het begrijpen en correct gebruiken van deze werkwoorden is essentieel, omdat ze vaak voorkomen in dagelijkse gesprekken en teksten. De werkwoorden die we in deze les behandelen zijn sein (zijn), haben (hebben), wissen (weten) en werden (worden).

Belangrijke onregelmatige werkwoorden en hun vervoegingen

Deze werkwoorden wijken in hun vervoeging af van de regelmatige patronen die je misschien kent. Daarom is het nuttig om ze goed te oefenen:

  • sein: Ich bin, Du bist, Er / Sie / Es ist, Wir sind, Ihr seid, Sie sind
  • haben: Ich habe, Du hast, Er / Sie / Es hat, Wir haben, Ihr habt, Sie haben
  • wissen: Ich weiß, Du weißt, Er / Sie / Es weiß, Wir wissen, Ihr wisst, Sie wissen
  • werden: Ich werde, Du wirst, Er / Sie / Es wird, Wir werden, Ihr werdet, Sie werden

Voorbeelden uit de les

De volgende voorbeelden illustreren hoe deze werkwoorden in zinnen gebruikt worden:

  • Ich habe Kopfweh und ich bin müde.
  • Du bist gesund, aber du hast Halsschmerzen.
  • Er weiß, wie man das Rezept macht.
  • Wir sind heute nach der Arbeit sehr müde.
  • Ihr habt gute Augen, das sehe ich.
  • Sie werden bald wieder gesund sein.

Verschillen tussen Nederlands en Duits

Een belangrijk verschil is dat het Duits veel meer vervoegingen voor werkwoorden kent dan het Nederlands, vooral bij onregelmatige werkwoorden. Bijvoorbeeld, het werkwoord werden betekent 'worden', maar wordt ook gebruikt om de toekomende tijd te maken, iets wat in het Nederlands vaak met 'zullen' gebeurd. Het Duitse werkwoord sein komt overeen met het Nederlandse 'zijn', maar in het Duits moet je de juiste vorm goed gebruiken voor elke persoon.

Handige Duitse woorden en uitdrukkingen die je hierbij helpen zijn bijvoorbeeld:

  • bist: jij bent (vergelijkbaar met 'bent' in het Nederlands)
  • hast: jij hebt
  • wird: hij/zij/het wordt
  • weiß: hij/zij/het weet

Door deze verschillen en vervoegingen goed te leren, kun je jezelf veel duidelijker en correcter uitdrukken in het Duits.

Geschreven door

Deze inhoud is ontworpen en beoordeeld door het coLanguage pedagogisch team. Over coLanguage

Profile Picture

Sophie Schmidt

Internationaal administratief management

Würzburger Dolmetscherschule

University_Logo

Laatst bijgewerkt:

dinsdag, 14/10/2025 20:46