Leer over het Spaans <em>futuro simple</em> met speciale aandacht voor onregelmatige werkwoorden zoals salir, venir, poner, tener, poder, saber, haber, hacer, decir en querer. Deze les bespreekt hoe deze werkwoorden hun stam veranderen en geeft praktische voorbeelden. Ideaal voor A2-niveau Spaanse taalleerders die hun kennis over toekomstige tijd willen verdiepen.
- De uitgangen voor onregelmatige werkwoorden zijn hetzelfde als voor regelmatige werkwoorden.
- We kunnen de onregelmatige werkwoorden in futuro simple opdelen in drie groepen.
Regla (Regel) | Verbo (werkwoord) | Cambio (verandering) | Ejemplo (voorbeeld) | |
---|---|---|---|---|
Verbos que pierden una vocal y reciben un -d- (Werkwoorden die een klinker verliezen en een -d- krijgen) | salir | saldr- | Tú saldrás temprano. | |
venir | vendr- | Nosotros vendremos pronto. | ||
poner | pondr- | Yo pondré música. | ||
tener | tendr- | Él tendrá entradas. | ||
Verbos que pierden una vocal (Werkwoorden die een klinker verliezen) | poder | podr- | Ellos podrán tocar guitarra. | |
saber | sabr- | Ella sabrá la dirección. | ||
haber | habr- | Habrá un concierto hoy. | ||
Verbos completamente irregulares (Volledig onregelmatige werkwoorden) | hacer | har- | Yo haré la reserva. | |
decir | dir- | Te diré cual puesto en el concierto deseo. (Ik zal je zeggen welke plaats ik op het concert wil.) | ||
querer | querr- | Nosotros querremos asistir. |
Oefening 1: El futuro simple: Los verbos irregulares
Instructie: Vul het juiste woord in.
haré, pondrá, dirá, saldré, vendrán, hará, tendremos, sabrán
Oefening 2: Meerkeuze
Instructie: Kies voor elke situatie de juiste zin in de onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd volgens de regels en het gebruik van de onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd.