En Castilla-La Mancha hay la Quintería la mora, una casa de campo con gran variedad de actividades.
In Castilla-La Mancha is Quintería la mora, een landhuis met een grote verscheidenheid aan activiteiten.

Oefening 1: Woordbingo

Instructie: 1. Luister minimaal twee keer naar de video en geef de woorden aan die je hoort. 2. Gebruik de woorden om een gesprek te vormen met je docent (schrijf je gesprek op). 3. Memoriseer de woorden met de woordentrainer.

Woord Vertaling
Una granja Een boerderij
La quintería De groentetuin
Una casa rural Een vakantiehuis
Una finca Een landgoed
El campo Het platteland
Recolectar las aceitunas De olijven oogsten
Los animales de carga Lastdieren
Los botijos De kruiken

Oefening 2: Dialoog

Instructie: 1. Lees de dialoog in tweetallen. 2. Memoriseer de zinnen door de vertaling af te dekken. 3. Dek de regels van één spreker af, geef alternatieve antwoorden met je leraar en schrijf ze op.

Una pareja se organiza para ir a una quintería durante el fin de semana.

Een stel organiseert zich om in het weekend naar een moestuin te gaan.
1. Pedro: He encontrado una casa rural donde podemos ir. (Ik heb een vakantiehuisje gevonden waar we naartoe kunnen gaan.)
2. Manuela : ¿Dónde está? (Waar is het?)
3. Pedro: Está en la provincia de Toledo, en medio del campo, dentro de una finca. (Het ligt in de provincie Toledo, midden op het platteland, binnen een landgoed.)
4. Manuela : ¿Cómo es? (Hoe is het?)
5. Pedro: Es una casa típica manchega con un patio grande. Tiene un pozo y objetos antiguos del campo, ¡incluso botijos! (Het is een typisch huizen van La Mancha met een grote binnenplaats. Het heeft een put en oude landbouwwerktuigen, zelfs 'botijos'!)
6. Manuela : ¡Qué bonita! (Wat mooi!)
7. Pedro: Además, alrededor hay muchos animales y naturaleza. También ofrecen actividades y hay piscina. (Daarnaast zijn er veel dieren en natuur rondom. Ze bieden ook activiteiten aan en er is een zwembad.)
8. Manuela : Me encanta. ¿Quieres reservar para el fin de semana? (Ik vind het geweldig. Wil je een reservering maken voor het weekend?)
9. Pedro: Sí, me parece una idea buenísima. (Ja, dat lijkt me een geweldig idee.)

Oefening 3: Vragen over de tekst

Instructie: Lees de bovenstaande tekst en kies het juiste antwoord.

1. ¿Dónde está ubicada la casa rural que menciona Pedro?

(Waar bevindt zich het vakantiehuis dat Pedro noemt?)

2. ¿Cómo describe Pedro la casa rural?

(Hoe beschrijft Pedro het vakantiehuis?)

3. ¿Qué se puede ver alrededor de la finca según Pedro?

(Wat kun je rond het landgoed zien volgens Pedro?)

4. ¿Qué actividad proponen Pedro y Manuela para el fin de semana?

(Welke activiteit stellen Pedro en Manuela voor in het weekend?)

Oefening 4: Openingsvragen voor gesprekken

Instructie: Bespreek de volgende vragen met je leraar met behulp van de woordenschat uit deze les, en schrijf je antwoorden op.

  1. ¿Cómo describirías la casa rural que encontró Pedro?
  2. Hoe zou je het vakantiehuis beschrijven dat Pedro vond?
  3. ¿Qué te gusta hacer al aire libre cuando visitas el campo?
  4. Wat vind je leuk om buiten te doen als je het platteland bezoekt?
  5. ¿Has visto alguna vez animales típicos de una granja? ¿Cuáles?
  6. Heb je ooit typische boerderijdieren gezien? Welke?
  7. ¿Qué actividades prefieres hacer cuando visitas una finca o una casa rural?
  8. Welke activiteiten doe je het liefst als je een landgoed of een vakantiehuis bezoekt?