Leer hoe je vrienden uitnodigt, een diner organiseert en een spelletjesavond plant in het Spaans. Deze les behandelt praktische dialogen en de toekomende tijd (futuro simple), plus het gebruik van superlatieven zoals -ísimo/-ísima om intensiteit te uiten. Oefen met relevante uitdrukkingen en werkwoordvervoegingen voor sociale situaties en verrijk je spreekvaardigheid gericht op vrienden bezoeken.
Luister- en leesmateriaal
Oefen woordenschat in context met echte materialen.
Woordenschat (19) Delen Gekopieerd!
Oefeningen Delen Gekopieerd!
Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.
Oefening 1: Vertaal en gebruik in een zin
Instructie: Kies een woord, vertaal het en gebruik het woord in een zin of dialoog.
1
Hacer un brindis
Een toost uitbrengen
2
Jugar al parchís
Parchis spelen
3
Regalar
Schenken
4
Jugar a las cartas
Kaarten spelen
5
El ramo de flores
De bos bloemen
Ejercicio 2: Gespreksoefening
Instrucción:
- Zie je je vrienden vaak? Wat voor activiteiten doe je graag samen? (Zie je je vrienden vaak? Welke activiteiten doe je graag samen?)
- Heb je liever feestjes of een bordspelavond samen? (Heb je liever feestjes of een bordspelavond samen?)
- Ben je ooit op reis geweest met je vrienden? Vertel ons erover! (Ben je ooit op reis geweest met je vrienden? Vertel ons erover!)
Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten
Voorbeeldzinnen:
Veo a mis amigos cada semana. Normalmente nos reunimos para tomar un café y charlar. Ik zie mijn vrienden elke week. Meestal ontmoeten we elkaar voor koffie en praten we. |
Sólo veo a mis amigos una o dos veces al mes. Luego, normalmente cenamos y jugamos juntos. Ik zie mijn vrienden maar één of twee keer per maand. Dan gaan we meestal uit eten en spelen we samen spelletjes. |
Prefiero salir cuando veo a mis amigos. Ik ga liever uit als ik mijn vrienden zie. |
Me encanta jugar a juegos de mesa, así que siempre que veo a mis amigos jugamos al parchís juntos. Ik hou van het spelen van bordspellen, dus wanneer ik mijn vrienden zie, spelen we samen ludo. |
Con mi amigo Juán siempre juego al ajedrez. Met mijn vriend Juán speel ik altijd schaak. |
El año pasado fui de viaje a Innsbruck con dos de mis amigos. Fuimos de senderismo y visitamos la ciudad. ¡El tiempo fue maravilloso! Vorig jaar ging ik met twee van mijn vrienden op reis naar Innsbruck. We gingen wandelen en bezochten de stad. Het weer was geweldig! |
... |
Oefening 3: Gesprekskaarten
Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.
Oefening 4: Meerkeuze
Instructie: Kies de juiste oplossing
1. Mañana ______ mucho durante la reunión con mis amigos.
(Morgen ______ ik veel tijdens de bijeenkomst met mijn vrienden.)2. ______ la tarta de chocolate para la cena del sábado.
(______ de chocoladetaart voor het diner op zaterdag.)3. ______ a todos mis compañeros de trabajo a la fiesta.
(______ al mijn collega’s voor het feest.)4. Después de cenar, ______ un brindis con cava buenísimo.
(Na het diner, ______ we een toast met heerlijke cava.)Oefening 5: Ana bezoeken en een speciaal diner voorbereiden
Instructie:
Werkwoordschema's
Invitar - Uitnodigen
Futuro simple
- yo invitaré
- tú invitarás
- él/ella/Ud. invitará
- nosotros/nosotras invitaremos
- vosotros/vosotras invitaréis
- ellos/ellas/Uds. invitarán
Sonreír - Glimlachen
Futuro simple
- yo sonreiré
- tú sonreirás
- él/ella/Ud. sonreirá
- nosotros/nosotras sonreiremos
- vosotros/vosotras sonreiréis
- ellos/ellas/Uds. sonreirán
Traer - Meebrengen
Futuro simple
- yo traeré
- tú traerás
- él/ella/Ud. traerá
- nosotros/nosotras traeremos
- vosotros/vosotras traeréis
- ellos/ellas/Uds. traerán
Preparar - Maken
Futuro simple
- yo prepararé
- tú prepararás
- él/ella/Ud. preparará
- nosotros/nosotras prepararemos
- vosotros/vosotras prepararéis
- ellos/ellas/Uds. prepararán
Jugar - Spelen
Futuro simple
- yo jugaré
- tú jugarás
- él/ella/Ud. jugará
- nosotros/nosotras jugaremos
- vosotros/vosotras jugaréis
- ellos/ellas/Uds. jugarán
Hacer - Uitbrengen
Futuro simple
- yo haré
- tú harás
- él/ella/Ud. hará
- nosotros/nosotras haremos
- vosotros/vosotras haréis
- ellos/ellas/Uds. harán
Oefening 6: Superlative absolute: -ísimo/-ísima
Instructie: Vul het juiste woord in.
Grammatica: Absolute overtreffende trap: -ísimo/-ísima
Toon vertaling Toon antwoordencalentísimo, contentísimos, bellísimo, larguísima, llenísima, divertidísima, interesantísimo, buenísima
Grammatica Delen Gekopieerd!
We geven toe dat het niet het meest opwindende is, maar het is absoluut essentieel (en we beloven dat het zich zal terugbetalen)!
Werkwoordsvervoegingstabellen voor deze les Delen Gekopieerd!
Sonreír glimlachen Delen Gekopieerd!
Futuro simple
Spaans | Nederlands |
---|---|
(yo) sonreiré | ik zal glimlachen |
(tú) sonreirás | jij zult glimlachen |
(él/ella) sonreirá | hij/zij zal glimlachen |
(nosotros/nosotras) sonreiremos | wij zullen glimlachen/wij zullen glimlachen |
(vosotros/vosotras) sonreiréis | jullie zullen glimlachen |
(ellos/ellas) sonreirán | zij zullen glimlachen |
Traer brengen Delen Gekopieerd!
Futuro simple
Spaans | Nederlands |
---|---|
(yo) traeré | ik zal brengen |
(tú) traerás | jij zult brengen |
(él/ella) traerá | hij/zij zal brengen |
(nosotros/nosotras) traeremos | wij zullen brengen |
(vosotros/vosotras) traeréis | jullie zullen brengen |
(ellos/ellas) traerán | zij zullen brengen |
Invitar uitnodigen Delen Gekopieerd!
Futuro simple
Spaans | Nederlands |
---|---|
(yo) invitaré | ik zal uitnodigen |
(tú) invitarás | jij zult uitnodigen |
(él/ella) invitará | hij/zij zal uitnodigen |
(nosotros/nosotras) invitaremos | wij zullen uitnodigen |
(vosotros/vosotras) invitaréis | jullie zullen uitnodigen |
(ellos/ellas) invitarán | zij zullen uitnodigen |
Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!
Wil je vandaag Spaans oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.
Bezoek aan vrienden en avondje samen
In deze les leer je hoe je vrienden uitnodigt, een diner organiseert en een spelletjesavond plant in het Spaans. Je oefent met de superlativo absoluto zoals buenísimo en divertidísima, waarmee je iets heel positiefs benadrukt. Er zijn praktische dialogen waarin je leert uitnodigen: bijvoorbeeld ‘¿Quieres venir a mi casa esta tarde?’ en ‘Estoy organizando una noche de juegos, ¿te apuntas?’. Je oefent ook met het bevestigen van afspraken en het benoemen van het nodige om mee te nemen, zoals ‘Llevaré un postre facilísimo de hacer’.
Belangrijk grammaticaal onderdeel: de toekomende tijd (futuro simple)
De dialogen en oefeningen richten zich op de toekomende tijd om plannen te maken: woorden als invitaré, sonreiré, traeré en haremos komen vaak voor. Dit helpt je gesprekken in de toekomst duidelijk te maken, zoals wanneer je een feestje plant.
Inhoudelijke hoogtepunten van de les
- Dialogen: uitnodigingen, bepalen van tijd en plek, vragen wie er mee komt.
- Oefeningen: meervoudige keuze met werkwoordvervoegingen in de toekomende tijd.
- Kleine verhaaltje: voorbeeldsituatie met familie en vrienden waarbij je het geleerde gebruikt, inclusief een lijst leerzame vervoegingen.
- Superlatieven: leren hoe je intensiteit kunt uitdrukken in het Spaans met de uitgang -ísimo/-ísima, b.v. buenísimo (heel goed), divertidísima (helemaal leuk).
Let op: verschil Spaans en Nederlands bij uitnodigingen en toekomende tijd
In het Spaans gebruik je vaak de toekomende tijd om plannen aan te geven, terwijl het Nederlands vaker de tegenwoordige tijd gebruikt in soortgelijke situaties, bijvoorbeeld ’Ik kom morgen’ in plaats van ’Ik zal morgen komen’. Verder worden superlatieven in het Spaans aangevuld met -ísimo/-ísima, wat in het Nederlands geen directe vertaling heeft, maar te vergelijken is met woorden als ‘heel erg leuk’ of ‘supergoed’.
Handige uitdrukkingen in het Spaans zijn bijvoorbeeld: ¿Quieres venir? (Wil je komen?), ¿Te apuntas? (Doe je mee?), en Llevaré (Ik neem mee). Deze kun je direct gebruiken om vlot en natuurlijk te communiceren tijdens sociale bijeenkomsten.