En caso de emergencia sigue estas recomendaciones a la hora de llamar al 112.
Volg deze aanbevelingen bij het bellen naar 112 in geval van nood.

Oefening 1: Woordbingo

Instructie: 1. Luister minimaal twee keer naar de video en geef de woorden aan die je hoort. 2. Gebruik de woorden om een gesprek te vormen met je docent (schrijf je gesprek op). 3. Memoriseer de woorden met de woordentrainer.

Woord Vertaling
la llamada de oproep
el ciento doce het honderd twaalf
los servicios de emergencia de hulpdiensten
el operador de operator
los servicios de urgencias de spoeddiensten

Oefening 2: Dialoog

Instructie: 1. Lees de dialoog in tweetallen. 2. Memoriseer de zinnen door de vertaling af te dekken. 3. Dek de regels van één spreker af, geef alternatieve antwoorden met je leraar en schrijf ze op.

Emma llama al 112 para informar de un accidente de tráfico en la M-40.

Emma belt 112 om een verkeersongeval op de M-40 te melden.
1. Operador: Emergencias Madrid 112, ¿en qué puedo ayudarle? (Noodhulp Madrid 112, waarmee kan ik u helpen?)
2. Emma: Hola, buenas tardes. Ha ocurrido un accidente en la carretera. (Hallo, goedemiddag. Er is een ongeluk gebeurd op de snelweg.)
3. Operador: ¿En qué carretera está? (Op welke snelweg is het?)
4. Emma: En la M-40, en dirección a la carretera de Extremadura. (Op de M-40, in de richting van de Extremadura-snelweg.)
5. Operador: ¿En qué kilómetro, por favor? (Bij welke kilometer, alstublieft?)
6. Emma: En el kilómetro 41, cerca de los túneles de El Pardo. (Bij kilometer 41, dicht bij de tunnels van El Pardo.)
7. Operador: De acuerdo. Por favor, déme su número de teléfono en caso de que se corte la llamada. (Begrepen. Geef me alstublieft uw telefoonnummer voor het geval de oproep wordt verbroken.)
8. Emma: Sí, claro, es el 678 123 456. (Ja, natuurlijk, het is 678 123 456.)
9. Operador: Perfecto. ¿Hay personas heridas en el coche? (Perfect. Zijn er mensen gewond in de auto?)
10. Emma: Sí, hay dos personas atrapadas. (Ja, er zijn twee mensen vast komen te zitten.)
11. Operador: Enviamos los servicios de emergencia. La ambulancia y los bomberos están llegando. (Wij sturen de hulpdiensten. De ambulance en de brandweer zijn onderweg.)

Oefening 3: Vragen over de tekst

Instructie: Lees de bovenstaande tekst en kies het juiste antwoord.

1. ¿A qué número de teléfono llama Emma para pedir ayuda?

(Naar welk telefoonnummer belt Emma om hulp te vragen?)

2. ¿Dónde ocurrió el accidente de tráfico según Emma?

(Waar gebeurde het verkeersongeval volgens Emma?)

3. ¿Qué servicios de emergencia envían tras la llamada?

(Welke hulpdiensten worden na het gesprek gestuurd?)

4. ¿Cuántas personas están heridas y atrapadas en el coche?

(Hoeveel mensen zijn gewond en vast komen te zitten in de auto?)

Oefening 4: Openingsvragen voor gesprekken

Instructie: Bespreek de volgende vragen met je leraar met behulp van de woordenschat uit deze les, en schrijf je antwoorden op.

  1. ¿Cómo describirías la importancia de dar detalles claros al llamar a los servicios de emergencia?
  2. Hoe zou je het belang van het geven van duidelijke details bij het bellen van de hulpdiensten beschrijven?
  3. ¿Qué servicios de emergencia consideras esenciales en un accidente de tráfico?
  4. Welke hulpdiensten vind je essentieel bij een verkeersongeval?
  5. ¿Has tenido que llamar alguna vez al 112 en España? ¿Qué ocurrió?
  6. Heb je ooit 112 moeten bellen in Spanje? Wat gebeurde er?
  7. ¿Qué consejos le darías a alguien que nunca ha usado un teléfono de emergencia?
  8. Welke tips zou je geven aan iemand die nog nooit een alarmnummer heeft gebeld?